|
|
|
J.C. Homoet Een jongen die overwint, druk 1, 62 blz. | Als de Heer Homoet de pen hanteert, is die in bekwame handen. Dat blijkt ook hier. Het thema van dit verhaal is belangwekkend, en de strekking alleszins te prijzen. Valsche schaamte en lafhartige vrees doen vaak veel kwaad en beletten de oprechte belijdenis van schuld. Zoo wordt het kwaad verergerd, vooral als dan een ander wordt verdacht. - Alleen de overwinning van deze schaamte en vrees en de oprechte belijdenis geven den vrede des harten weer. In een reeks spannende tooneelen wordt deze uitnemende strekking met talent naar voren gebracht. Jochem van den melkboer moet voor zijn moeder een boodschap doen en Frans van den notaris gaat met hem mee. Tegen het verbod van zijn moeder, gaat hij met Frans het bosch in. De laatste begint daar een vuurtje te stoken, waardoor een hoop hout in brand geraakt. Een onnoozele, doofstomme jongen wordt van de brandstichting verdacht, en Jochem, die beter weet, zwijgt. Frans die bij 't vluchten in een kuil gevallen was, was daardoor ongesteld geworden, zoodat hij het niet had kunnen zeggen. Jochem redt den doofstommen jongen uit het water en wordt geprezen, maar zijn geweten klaagt hem aan, dat de ongelukkige door zijn lafhartigheid onder verdenking ligt. - Door een verhaal op het Kerstfeest wordt zijn gemoed zoo ontrust, dat hij alles belijdt. Op zijn belijdenis volgt vergiffenis en alles loopt nog goed af, doordat hij ten slotte zijne lafhartigheid heeft overwonnen. - Een aardig verhaaltje, waarin dat uit de zendingswereld heel handig is ingeschoven. Het boekje ziet er aantrekkelijk uit. Het is gecartonneerd, heeft een plaatje op den omslag en twee mooie, zwarte plaatjes alsmede een gekleurd van binnen. Bij de plaajes wordt verwezen naar den tekst, wat zeer aanbevelenswaardig is. De hoofdstukken hebben opschriften. Met groot genoegen hebben we het verhaal gelezen. Wij konden ons telkens zoo goed verplaatsen, in den gedachtengang der jongens. En al is 't waar, dat we, soms wel eens bij ons zelven dachten, wat komt alles toch mooi bij elkaar, onmogelijk achtten we het niet. De strijd in 's Jochems gemoed, die zwijgt en gevoelt, dat hij laf is omdat een ander verdacht wordt van het kwaad, dat hij heeft bedreven, wordt mooi geteekend. En hoe hij tot de overwinning gedrongen wordt door het verhaal van den bekeerden heidenknaap, is een treffende episode van de vertelling en maakt deze nog belangwekkender. Wij twijfelen niet, of dit boekje kan tot zegen zijn. Kinderen, die er tegen opzien, om 't verkeerde, dat ze deden, vooral als hun geweten spreekt, te openbaren, zullen, na het lezen van de "lotgevallen" van Jochem, wellicht moed krijgen, om die inwendige stem gehoor te geven. Wij hebben voor dit verdienstelijk verhaal veel lof. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiƫn van "Jachin", 1915 Open Jachin-boekbeoordelingen. |
J.C. Homoet Een jongen die overwint, druk 2, 94 blz. | Leeftijd 9-12 jaar. Goed zoo, dat zullen onze jongens met graagte lezen. Een jongen sticht brand en als het kwaad ontdekt wordt, krijgt een zwakzinnige de schuld. De jeugdige dader maakt angstige dagen door, maar zwijgt. Eindelijk door middel van een vertelling op het Kerstfeest, komt hij tot oprecht berouw en de zwakzinnige wordt in zijn eer hersteld. Vorm en inhoud heel goed. Van harte aanbevolen. | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1932 Open Boekbeoordeling. |
J.C. Homoet Een jongen die overwint, druk 2, 94 blz. | G. K. C. 0. 9 t. d. t. Teekeningen van Henk Poeder. 50 cent. Valsche schaamte en lafhartige vrees doen vaak veel kwaad en beletten de oprechte belijdenis van schuld. Zoo wordt het kwaad verergerd, vooral als dan een ander wordt verdacht, - Alleen de overwinning van deze schaamte en vrees en de oprcehte belijdenis geven den vrede des harten weer. In een reeks spannende tooneelen wordt deze uitnemende waarheid met talent naar voren gebracht. Jochem van den melkboer moet voor zijn moeder een boodschap doen en Frans van den notaris gaat met hem mee. Tegen het verbod van zijn moeder gaat hij met Frans het bosch in. De laatste begint daar een vuurtje te stoken, waardoor een hoop hout in brand geraakt. Een onnoozele, doofstomme jongen wordt van de brandstichting verdacht, en Jochem, die beter weet, zwijgt. Frans die bij 't vluchten in een kuil gevallen was, was daardoor ongesteld geworden, zoodat hij het niet had kunnen zeggen. Jochem redt den doofstommen jongen uit het water en wordt geprezen, maar zijn geweten klaagt hem aan, dat de ongelukkige door zijn lafhartigheid onder verdenking ligt. - Door een verhaal op het Kerstfeest wordt zijn gemoed zoo ontrust, dat hij alles belijdt. Op zijn belijdenis volgt vergiffenis en alles loopt nog goed af, doordat hij ten slotte zijn lafhartigheid heeft overwonnen. Het boekje ziet er uiterst aantrekkelijk uit. Met groot genoegen hebben we het gelezen. De strijd in Jochems gemoed, die zwijgt en gevoelt, dat hij laf is omdat een ander verdacht wordt van het kwaad, dat hij heeft bedreven, wordt mooi geteekend. En hoe hij tot de overwinning gedrongen wordt door het verhaal van den bekeerden heidenknaap, is een treffende episode in de vertelling en maakt deze nog belangwekkender. Wij twijfelen niet, of dit boekje kan tot zegen zijn. Kinderen, die er tegen opzien, om 't verkeerde, dat ze deden, vooral als hun geweten spreekt, te openbaren, zullen, na het lezen van de "lotgevallen" van Jochem, wellicht moed krijgen, om die inwendige stem gehoor te geven. Wij hebben voor dit verdienstelijk verhaal veel lof. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiƫn van "Jachin", 1932 |