|
|
|
Max Vorberg Een zwaar gebod , druk 1, 40 blz. | Een zonderling verhaal. Eerst eene martelaarsgeschiedenis, n.l. de dood van Hendrik van Zutphen. Eenen tweeden hervormer, die te Meldorp optrad, wil men heimelijk uit den weg ruimen. Henneke, een kloosterknecht, wordt met de uitvoering dezer zaak belast. Hij biedt zich geveinsdelijk den ketter als gids aan door een moeras. Op het oogenblik, dat Henneke gereed staat het "zware gebod" te volbrengen, blijkt die ketter zijn jongere broeder te zijn, die in een klooster gegaan, maar tot het geloof gekomen is. Henneke belijdt hem, wat zijn voornemen was, en laat daarna zijnen broeder Dedo in vrede heengaan. De inkleeding van dit verhaal is verre van duidelijk. Wijl de vertaler dit ook gevoeld heeft, schreef hij misschien een woord ter inleiding en toelichting. Evenwel vreezen wij, dat vele kinderen den draad, die door het verhaal moet loopen, nog niet vatten zullen. Wonderlijke personen, onnatuurlijke handelingen en onverklaarbare episodes komen er in voor. De strekking kan aldus worden aangegeven: Gods geboden zijn niet zwaar, de geboden der menschen wel. Er zit weinig pit in deze geschiedenis. De schrijver glijdt langs de oppervlakte heen. Het spreken van den man, die het klooster ontvlucht is, om zich bij de hervorming aan te sluiten, mist alle diepte. Van Christus' borgtochtelijk lijden wordt in deze lijdensgeschiedenis niet gerept. Hierdoor valt op dit boekje, waarover toch reeds schaduwen liggen, nog eene sombere tint temeer. Wij durven het niet bepaald ontraden, doch kunnen het ook niet aanbevelen. Wijl de omslag zeer sierlijk en de geheele bewerking uitnemend is, spijt ons dit in dubbele mate. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiƫn van "Jachin", 1902 Open Jachin-boekbeoordelingen. |