Nel van der Vlis
Er gaat door alle landen ..., druk 1, 77 blz. | G.K.C.O. 13 t.d.t. We hebben in de kinderlitteratuur voorheen zooveel van het "woonwagen-thema" genoten, dat we dankbaar waren, er eindelijk eens vanaf te zijn. De auteur Nel v. d. Vlis heeft echter weer gegrepen naar het oude onderwerp: het vorig jaar heeft zij "Pip uit de woonwagen" en dit jaar een soort vervolg daarop gegeven. Op niet minder dan 5 illustraties, alsmede op den omslag prijkt het befaamde vehikel ! De aanmerking, die wij maakten op "Pip uit de woonwagen" geldt van het vervolgverhaal stellig niet. Hier heeft de auteur zich alle moeite gegeven, om het Evangeliseerende motief tot zijn recht te doen komen. Pip houdt heel veel van Dorus, het paard dat den wagen moet trekken. Als het paard sterft, blijft de wagen zoo lang op dezelfde plaats tot Pips vader een nieuw paard heeft. Pip bezoekt nu een tijdlang een Christelijke School, omdat er geen andere is. Daar leert zij "Er gaat door alle landen" en andere Christelijke liederen. Daar leert zij bidden en hoort uit den Bijbel vertellen. Zij krijgt den Heiland lief. Plotseling vertrekt de woonwagen, zoodat zij geen gelegenheid heeft om van haar Meester afscheid te nemen. De kinderen zullen zeker gretig de ontwikkeling der dingen volgen. Het paard en de hond spelen een actieve rol. De illustraties zijn heel verschillend van qualiteit; er zijn enkele zeer goede onder, maar andere blijven beslist beneden 't gemiddelde. Wij bevelen dit woonwagenverhaal aan. | 
Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1937
|
Nel van der Vlis
Er gaat door alle landen ..., druk 1, 77 blz. | jongens- en meisjesboek; geschikt voor een leeftijd van ± 8-9 jaar; algemeene strekking.
Korte inhoud: In dit boekje wordt op pakkende wijze in kinderlijken verhaaltrant, het woonwagen-leven beschreven. Deernis en medelijden moeten den lezer vervullen met de kinderen, die vaak zoo ruw worden bejegend en buiten Gods Woord worden opgevoed. Hier, in dit verhaal, leidt de Heere het zoo, dat Pip, een meisje uit een woonwagen, tijdelijk op een Chr. school komt. De Bijbellessen maken op haar diepen indruk. Zij schaamt zich voor haar ruwe ouders met te bidden vóór het eten. De figuur van Pip heeft veel, dat aantrekt. Zij heeft een minnend hart, 't welk tot mensch en dier uitgaat. Wat heeft ze verdriet, als "Dorus", het oude paard, sterft. Wat gedraagt zij zich heldhaftig, als zij een jongetje uit het ijs redt. Wat is zij gehecht aan haar meester. Haar hond noemt ze naar hem. Algemeene op- of aanmerkingen: Wel heel gemakkelijk komt Pip tot het geloof. Van berouw wordt niet gerept, over bekeering en wedergeboorte spreekt de meester niet. Dit is in dit boekje zeer te laken. De Ethische Schriftbeschouwing ligt dik op dit overigens zoo juist en vlot geschreven verhaal. Jammer, zeer jammer, dat we het op dien grond niet kunnen aanbevelen.
Conclusie: niet aanbevolen voor Z.S. | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1937
Open Boekbeoordeling.
|