|
|
|
Maria Laarman Geeft, en u zal gegeven worden, druk 1, 40 blz. | Twee kleine boerenmeisjes treffen, als ze een boodschap naar het dorp doen, een ouden man met zijn kleinzoontje aan, uitgeput en vermoeid, zittende aan den kant van den weg. Ze brengen dat bericht thuis, grootvader en kleinzoon worden gehaald, liefderrijk verpleegd en naar hun familie-leden in een naburig stadje gebracht. De kleine jongen groeit op tot kunstschilder en bezoekt later de gastvrije woning, waar hij uit dankbaarheid een belooning achterlaat. 't Is een oud thema: beloonde liefdadigheid - jongen, die kunstschilder wordt - enveloppe met bankbiljetten; maar toch frisch en gezellig verteld. Slecht gepunctueerd. Steeds wordt "Heer" in plaats van Heere gebruikt. De stijl is in het eerst goed, doch later te schetsmatig; ge krijgt den indruk alsof dit verhaal bij de plaatjes geschreven is. Het specifiek-christelijke element ontbreekt. Alles doet denken aan een omgeving, waar hoogstens de Zondagsschool aan het woord komt, maar niet de kerk of de huiselijke opvoeding. Geen evangelie, doch wel moraal. De strekking ligt in den titel uitgedrukt. Wij kunnen dit boekje slechts matig aanbevelen. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1917 Open Jachin-boekbeoordelingen. |
Maria Laarman Geeft, en u zal gegeven worden, druk 1, 40 blz. | Een oude man met een kleinen jongen, zijn kleinkind, worden vriendelijk opgenomen in een boerenwoning, waar ze een nacht vertoeven. De boer brengt hen bij welgestelde familie, waar ze een goed onderkomen vinden, de knaap wordt schilder, verdient veel geld, en helpt dan later op zijn beurt de boerenfamilie, die hem vroeger weldeed, uit financieelen nood, die hen met ondergang bedreigde. — Dit eenvoudig, vrij goed verteld verhaaltje is voor kinderen van ± 8 jaar wel aan te bevelen. | Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1917 |