|
|
|
Anthonia Margaretha God zal zorgen , druk 1, 110 blz. | Jan Verhaar trouwt op 18-jarigen leeftijd met de 17-jarige Marie, om door dat huwelijk vrij te komen van dienstplicht. Hij is scheepstimmerknecht op de Marinewerf te Rotterdam. De jonge menschen zijn gelukkig met elkaar. 's Zondags gaat Jan geregeld visschen en vangt menigmaal zooveel, dat hij nog verkoopen kan. Naar de kerk gaat hij nooit. Op zekeren Zondag valt Jan bij het visschen in 't water en zou verdronken zijn, als een paar kameraden, op weg naar de kerk, hem niet hadden gered. Deze redding brengt groote verandering bij hem teweeg. Voortaan gaat hij geregeld ter kerk, maar zijn vrouw ziet liever, dat hij gaat visschen, daar zij geldzorgen heeft. Eindelijk komt ook bij haar een verandering ten goede. Een bezoek van Czaar Nicolaas I op de Marinewerf brengt aan het gezin aardige voordeeltjes. Als het verhuist naar Amsterdam, komt er meerdere welvaart. Jan Verhaar geniet nog vele jaren van de rust na den arbeid, bekleedt het ambt van ouderling en overlijdt op 85-jarigen leeftijd, nadat zijn vrouw hem is voorgegaan naar 't Vaderhuis. De conceptie van dit verhaal is beter dan zijn uitwerking; zelfs als vertelling genomen, is er in dit boekje gebrek aan verheffende momenten; 't gaat telkens zoo'n heel gewonen gang. Tegenover treffende momenten, als het bezoek van den Czaar, staan ook pagina's zonder handeling, waar de Auteur wel leert, maar weinig boeit. Bedoeld als descriptie, wil deze ware geschiedenis geen karakterteekening geven: doch in plaats van er over te spreken, ware de menschen zelf ons voor oogen te brengen, wèl gewenscht geweest. Wij noteerden eenige taalfoutjes. Blz. 16: "de karwei" in plaats van "het karwei"; 80: "bedoening" voor "doen"; op blz. 21 zou het gewenscht zijn, de Schriftuurplaats op te geven bij "tusschen de gespen en het pantsier". De stijl is soms wat onbeholpen. De illustraties zijn goed. "God zal zorgen", zoo luidt de titel, en daarin drukt de Schrijfster tegelijk de hoofdgedachte van het verhaal uit. Duidelijk treedt aan het licht, dat alleen zij gelukkig zijn, die den Heere vreezen en den rustdag heiligen. Wilden wij een aanmerking op den inhoud maken, dan zou het deze zijn, dat de tegenzin tegen den militairen dienst niet genoeg wordt afgekeurd, en dat het aangaan van een vroeg, onbezonnen huwelijk niet aan critiek wordt onderworpen. Deze aanmerkingen zijn evenwel geen beletsel voor ons, dit boek voor onze Zondagsscholen hartelijk aan te bevelen. Strekking en geest van dit verhaal zijn zuiver gereformeerd. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1914 Open Jachin-boekbeoordelingen. |