Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



P. Brouwer

God zoekt het verlorene, druk 2, 77 blz.
Geïll. omslag. Gecartonneerd. Drie plaatjes. Prijs 40 ct. Een zeer boeiend en belangwekkend verhaal. 't Is de geschiedenis van een daglooner, die ontevreden is met zijn inkomen. In weerwil van de ernstige vermaningen zijner godvruchtige echtgenoote, geeft hij toe aan de zucht, om een sport hooger te klimmen op de maatschappelijke ladder - en dit doende, zinkt hij hoe langer hoe dieper in de zonde weg. Hij verwaarloost schandelijk de opvoeding zijner kinderen, doch de gebeden en de trouwe belijdenis van Heeren Naam der vrome, inmiddels gestorven moeder, hebben op de jeugdige gewetens der kinderen een blijvenden indruk nagelaten. Het onderwijs op de Zondagsschool wordt voor de dochter tot rijken zegen. De zoon, die eerst al verder afdwaalt, wordt steeds door den Heere, die het verlorene zoekt, in het oog gehouden en langs diepe wegen genadig terecht gebracht. Het tafereel uit onzen Atjeh-oorlog, dat hier geschetst wordt, is zeer schoon. Dit boekje is, zooals wij 't van dezen Auteur gewoon zijn, degelijk en boeiend. Het ademt een gezonden, Christelijken geest. Mochten wij iets opmerken, het zou zijn, dat wij gaarne bij het treffende thema van dit werkje, Gods verkiezende genade en de beloften van het genadeverbond nader hadden zien aangeduid. Deze geschiedenis stelt in een heerlijk licht, dat de gebeden eener vrome moeder voor haar kinderen niet vruchteloos blijven, en biedt hoogst gewichtige wenken in betrekking tot vele misstanden in het maatschappelijk leven onzes tijds. De vorm is uitnemend. De plaatjes strekken het boekje tot sieraad. Met alle vrijmoedigheid bevelen wij dit keurige boekske aan.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1913

P. Brouwer

God zoekt het verlorene, druk 2, 77 blz.
Hier heeft men een illustratie van den trek naar de stad. 't Geldt een arbeidersgezin uit den Achterhoek: de man wat ontevreden en bitter aangelegd met neiging tot drinken; de vrouw een eenvoudige, ijverige, vrome moeder. Hij wil meer verdienen, meer hebben en zet door, dat ze naar Amsterdam nu verhuizen. Hier begint al gauw de ellende: de man raakt aan 't drinken, de moeder sterft weg evenals haar jongste kind, de oudste zoon volgt vaders voorbeeld, alleen de dochter blijft hij den eenvoud en de reinheid des geloofs. Speelwoede en diefstal maken, dat de zoon na den dood van zijn vader, die in zijn zondig leven volhardt en zonder bekeering sterft, teekent als koloniaal. In Atjeh wordt hij gewond en komt hij tot overtuiging van zonde. Moeders leven, haar spreken uit Gods Woord, haar bidden, ook haar sterven, haar overwinnen over den dood, dit alles komt hem weer voor den geest. En het Evangelie blijkt ook hem een kracht Gods tot bekeering en zaligheid. Dit alles is op boeiende wijze geschreven; sober, maar ook waar het den zoom des levens aangaat, waar en waardig. Het grijpt in hart en leven. De woordenkeus is over 't geheel gelukkig. Hier en daar treft men nog wel van die stijve zinswendingen, die men graag door vlottere zou willen vervangen. Een voorbeeld van blz. 29: »Hij moest zoo spoedig mogelijk wat geld thuis brengen, want vaders steeds klimmende(!) dorstigheid was oorzaak, dat het wekelijksche huishoudgeld dringend versterking behoefde.« Voor kinderen van 12 jaar en ouder is het boekje zeer aan te bevelen. Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1913