Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



Salvafama

Het Paaschverhaal van den monnik , druk 1, 40 blz.
In den vorm van een fragment uit de mémoires van den Benedictijner monnik Benedictus wordt hier het verhaal gegeven van het ziek- en sterfbed van den jeugdigen Engelschen prins Hendrik, zoon van koning Hendrik III en koningin Eleonora de Schoone. Treffend wordt er in geteekend, hoe de trotsche, ijdele vorstin, die op hare wijze haar kind liefheeft, het hart van den knaap richt op de schatten en de heerlijkheid dezer aarde; en daartegenover hoe de eenvoudige monnik hem leert, het oog zijner ziel te vestigen op de hemelsche heerlijkheid, die Christus door zijn lijden en sterven verworven heeft voor de zijnen. Het verhaal is uitstekend in de lijst van zijn tijd geplaatst. Met de gesproken taal is dit minder het geval, maar dat is in een kinderboekje geen onoverkomelijk bezwaar. Druk en uitvoering van het boekje zijn goed. Behoudens een enkel foutje op blz. 6, waar we aantroffen: » .... van Berold, de page .... «, laat ook de correctie niets te wenschen over. De aard van het werkje maakt het ongeschikt voor jongere kinderen, maar voor 12 à 14-jarigen kan het warm aanbevolen worden. Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1912
Salvafama

Het Paaschverhaal van den monnik , druk 1, 40 blz.
Geïll. omslag in kleuren. 1 gekleurd en 1 zwart plaatje. 4 teekeningen tusschen den tekst. Prijs 20 ct. Een boekje voor jeugdige kinderen. Het gaat over een klein ongehoorzaam meisje, dat, terwijl moeder een paar dagen op reis is en vader een uurtje uit, de gelegenheid waarneemt, om tegen het verbod van moeder pannekoekjes te bakken. Het bakken mislukt. De sporen, die het nalaat, kan ze niet verbergen. Ze zoekt haar ouders te bedriegen, door onwaarheid te spreken. Haar geweten laat haar niet met rust. Wat nog versterkt wordt, doordien ze wel eens gehoord heeft, dat Gods oogen zijn als vlammen vuurs. Zij vindt eindelijk rust, nadat ze haar kwaad voor moeder beleden en vergiffenis verkregen heeft. Gelijk we dit van Johanna gewoon zijn, is het boekje in gezond Christelijken geest geschreven. In 't verhaal komt uit, dat het ook bij kinderen van de begeerte naar het verbodene licht komt tot de daad, als zij niet wordt bestreden. De Schrijfster laat zien, dat ongehoorzaamheid niet maar een kleinigheid of een vergeeflijke fout, maar werkelijk zonde is voor God, iets, waarop vooral in dezen tijd wel nadruk mag gelegd worden. Het boekje is onderhoudend geschreven en het verhaal, uit het jonge kinderleven genomen, is voor jongere kinderen ook zeer bevattelijk. De uitvoering laat niets te wenschen over. De plaatjes zijn levendig. Ook hier wordt weer duidelijk, hoe moeilijk het is, voor heel jonge kinderen te schrijven. Zoo licht wordt daarbij de grens van het natuurlijke overschreden, zoodat de jeugdige lezers tot de vraag komen, of er zulke kinderen wel in werkelijkheid zijn. Dat een kind een dankzegging eindigt op deze wijze "O, lieve Heer! ik dank U, dat ik zoo heerlijk in het water heb mogen knoeien", (pag. 35) komt ons wat vreemd voor. In dit verhaal liggen uitnemende wenken tot leering en waarschuwing, bijv. dat kinderen, ook als zij niet begrijpen waarom hun iets verboden worct, niet straffeloos ongehoorzaam mogen zijn. Ook wordt duidelijk, dat het kwaad weer tot andere zonden brengt en, als het verzwegen wordt, temeer het geweten verontrust en ongelukkig maakt. De Heere vergeeft om Jezus' wil echter gaarne aan hen, die hun zonden belijden voor Hem, maar ook voor degenen, tegen wie ze bedreven werden. Gaarne bevelen we dit boekje aan. * Geïll. omsl. 1 gekl. plaatje en drie in zwartdruk tusschen den tekst. Prijs 20 ct. Een jong, ziekelijk prinsje is toevertrouwd aan de zorg van een vromen monnik. Zijn vader, koning Hendrik III van Engeland, heeft niet veel tijd om zich met hem in te laten en zijn moeder, Eleonora de Schoone, is een ijdele vrouw, die willens blind is voor 't ziekelijk gestel van haar zoontje en hem aldoor wijs maakt, dat hij eenmaal koning van een groot rijk zijn zal. Niemand mag tot Hem over de mogelijkheid van een vroegen dood spreken. De trouwe monnik echter vertelt hem heel voorzichtig de geschiedenis van Jezus' opstanding. Dat brengt den knaap tot nadenken. Maar hij heeft nog niets gedaan in zijn jonge leven en straks - als hij "versleten" zal zijn en zijn versleten lichaam begraven - is het werken voorbij. Daarom laat 't prinsje een toevluchtsoord bouwen voor ongelukkige jongens. Op den dag der inwijding is ook de monnik als vertegenwoordiger van den prins daarbij tegenwoordig; hij moet zijn jongen pupil alles haarfijn vertellen. Weinige dagen later sterft de kleine prins. Dit boekje ziet er aantrekkelijk uit. 't Is met flinke letter gedrukt en het uiterlijk is uitnemend. Het verhaal is goed, aan het einde zelfs aandoenlijk geschreven. Salvafama is er ook wel in geslaagd, aan deze vertelling eenigermate een Middeleeuwsche kleur te geven. Daardoor wordt in het algemeen de aantrekkelijkheid verhoogd. Doch minder voor kinderen, en voor dezen is dit boekje toch bewerkt. Wij hebben tegen kinderboekjes, die verhalen uit de Middeleeuwen vertellen, altijd een groot bezwaar. Men zij voorzichtig, deze hun in handen te geven. Het zuivere licht des Evangelies scheen destijds bijna niet. Is dus een schrijver historisch getrouw, dan zal Roomsch ongeloof en bijgeloof het verhaal moeten beheerschen. Dat komt nu in het hier besproken boekje ook ten volle uit. Zeker, Salvafama heeft er zoo weinig mogelijk van meegedeeld. De heiligen komen slechts zelden ter sprake. Op het werk van Christus valt, voor wie naar historische getrouwheid vraagt, voor dien tijd zelfs te veel nadruk. Maar aan de andere zijde vinden we allerlei uitdrukkingen van Roomsche werkheiligheid. Bl. 15: "Ik geloof, dat gij goed zijt, want gij draagt het lijden geduldig". Bl. 21: "Dat gedeelte van ons blijft leven, dat denken en liefhebben kan onze ziel". "En de goede werken, die wij gedaan hebben, blijven ook leven". Erger is bl. 36: "Maar gij hebt andere juweelen; die arme, kleine, zieke jongens in het nieuwe gesticht; en die zullen u volgen in de eeuwige heerlijkheid". Bl. 88 : "En toen, zonder andere getuigen dan de heilige engelen, die hem kwamen afhalen", etc. Het spijt ons, dat we geen gunstiger oordeel vellen kunnen over dit boekje, dat overloopt van Roomsche werkheiligheid. Middeleeuwsche verhalen achten wij voor onze Zondagsscholen minder geschikt, doch omdat de Middeleeuwsche, Roomsche geest hier zooveel mogelijk wordt getemperd, kunnen wij het matig aanbevelen.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1912