Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



M. van der Hilst

Het beeld in de tempel, druk 1, 20 blz.
G.K.O. 6 t.d.t. Op Midden Java staat een eeuwenoude tempel. De wachter Pa Karta moet voor den tempel zorgen en aan bezoekers wat vertellen van de groote beelden, die in het heiligdom staan. Een kleine jongen uit de omgeving, Kromo geheeten, komt vaak met Pa Karta praten en hoort graag de verhalen van de oude goden. Kromo komt ook wel bij een zendeling-arts en hoort daar van den lieert Jezus. Veel denkt hij er over na, wie nu gelijk heeft: zijn vriend de tempelwachter of de vrouw van den zendeling-arts. Wanneer Pa Karta ziek wordt, neemt Kromo zijn taak over en blijft de wacht houden. Uit vrees voor een slang vlucht hij in den tempel en heeft dan bij de angstwekkende beelden benauwde droomen. De gedachte aan Jezus geeft hem rust. Den volgenden dag hoort hij, dat Pa Karta gestorven is. Kromo vervangt hem tijdelijk, maar als men hem tot vasten tempelwachter maken wil, weigert hij. Hij wil van de afgoden niets meer weten en wordt helper in het zendingsziekenhuis. Zoo komt hij onder invloed van het Evangelie. Op boeiende wijze wordt de strijd tusschen heidendom en Christendom beschreven. Het is goed, dat de kinderen daar ook eens wat van lezen. Aan het slot wordt gezegd: Nu is hij niet ineens een Christen-jongen geworden. Tot het persoonlijk belijden, dat de Heere Jezus zijn Verlosser en Zaligmaker is, kwam hij nog niet. Maar de blijde boodschap van het Evangelie heeft hij vernomen — en de Heere zal dat Evangelie ook aan Kromo ten zegen doen zijn. Want Kromo wil vrij zijn van afgoden; zijn hart staat open voor den Heere Jezus. We achten dit volkomen juist en zijn met deze opmerking blij. Graag hadden we ook iets gehoord van de bekeering van Kromo. Wat we hier lezen is alleen maar zijn vrees voor de afgoden en zijn belangstelling voor het Evangelie. Het is een trekken door God, doch daar is meer op gevolgd. Wanneer dit goed in het oog wordt gehouden, kan dit boekje veel leeren over de kracht van Gods genade. Hiertegenover staat echter, dat het gegeven te beknopt is uitgewerkt. Het boekje is voor oudere leerlingen bestemd wat den inhoud aangaat, maar van omvang is het voor hen te klein. Ook kunnen de plaatjes ons niet voldoen, ze zijn bijkans geheel opgebouwd uit verticale strepen. Afgezien van deze formeele bezwaren bevelen we dit nieuwe verhaal van Van der Hilst aan.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1938