|
|
|
Koos van Doorne Het leven in, druk 1, 140 blz. | G.K.C.O. (Cart. band). 17 t.d.t. Dit boek houdt het midden tusschen een jongensboek van nieuweren stijl en een ouderwetsch Zondagsschoolboekje. Aan het eerste doen goed-gestyleerde, bijna impressionistische beschrijvingen van het stadje Grouwerdam en zijn omgeving denken, alsook wat verteld wordt van het leven en het bedrijf der metaalfabriek, waar Wim van Leeuwen als leerjongen te werk komt. Aan het andere herinnert de clou-situatie in het tweede gedeelte, dat Wim op een avond een mijnheer (nog wel zijn patroon) redt van den verdrinkingsdood en daardoor het dreigende faillissement van zijn Vader voorkomt. Dat is „het gelukkige ongeluk" van de beproefde soort. Hetzelfde dualisme is er ook in den geest van het verhaal. Eenerzijds komen daarin tot uiting positieve gedachten als de noodzakelijke vergevensgezindheid jegens degenen, die ons misdeden, het zich overgeven aan en vertrouwen op Gods leiding, het weten zelfs van het Verbond der genade en den Doop — aan den anderen kant is een belangrijk element de kerstvierings-opsiering met een geschilderd tableau en een kerstboom .... „Door de winter heen altijd groen en duisternis, waarin het licht gaat schijnen .... symboliek noemen ze dat," zegt Oom Daan, die even te voren gezegd heeft: „Ik wil iets laten zien, wat de kinderen mooi vinden. Als ze dan ouder worden, vergeten ze dat niet zoo licht. En als ze dan aan het Kerstfeest denken, denken ze óók aan den Heere Jezus. En daar gaat het toch maar om ...." Men kan deze tweeheid met allerlei andere fragmenten en momenten demonstreeren: ze is het kenmerkende van heel dit boekje. Er is principiëel veel goeds in, dat frisch en natuurlijk wordt verteld, en er is ook telkens weer een slapheid en halfheid precies als in het modern-religieuze verhaal. We gelooven, dat we dit bezwaar niet moeten onderschatten en dat we om het vele goede, dat er zonder twijfel is, het halfslachtige niet mogen vergeven. Het kan de aanbeveling, die we aan dit boekje niet behoeven te onthouden, niet anders dan matig doen zijn. En dat is jammer, want het heeft, ook als verhaal, goede qualiteiten. Derhalve: onder voorbehoud aanbevolen. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1940 |