|
|
|
Corna Wat zal ik worden?, druk 2, 16 blz. | "CORNA" (een vreemd pseudoniem voor eene Schrijfster) vertelt ons van een broer en zuster, die de eene na de andere van school kwamen en wat worden moesten. De jongen wilde gaarne "op een kantoor", en het meisje "bij het onderwijs"; dat leek wat deftiger, wat netter, wat meer, dan wat vader en moeder waren, zoo maar gewone werkmenschen! Door verstandig beleid wisten de Godvreezende ouders de keuze der kinderen te leiden in meerderen ootmoed, zoodat Gerard timmermansknecht en Maria dienstbode werd, en beiden vrede in hun gemoed hadden. Eene eenvoudige vertelling met gezonde denkbeelden, gelijk men ziet. Juist kost voor onze kinderen van om ende bij de 12 jaar. In de hoofden van dat jonge volkje spoken soms zulke hoogmoedige voorstellingen, die hun wel eens door een microscoop te beschouwen mogen worden gegeven, opdat al de leelijkheid er van hun goed onder de oogen kome. De strekking van het verhaal staat ons wel aan: de ouders moeten beslissen in verband met den aanleg der kinderen en allerlei wenken in het Godsbestuur, wat de kinderen worden moeten, en voorts trachte men toch niet naar hooge dingen. Jammer vinden wij het, dat de Schrijfster bij hare vraag zoo weinig met de beteekenis van den onderwijzer heeft gerekend. 0.i. moet deze hierin ook gekend worden. Wij bevelen dit werkje gaarne aan. Het is zeer geschikt voor onzen tijd, waarin het "dienen" bijna eene schande geacht wordt, en zoovele knapen en meisjes dingen naar eene positie in de maatschappij, ver boven den stand, waarin ze zijn opgegroeid. Aan het uiterlijk van dit boekje is uitnemende zorg besteed. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1903 Open Jachin-boekbeoordelingen. |
Corna Wat zal ik worden?, druk 3, 16 blz. | Gerard wil kantoorbediende worden, zijn ouders geven er de voorkeur aan dat hij een ambacht leert. Dank zij een zedepreek, een tekst en een gravure, voorstellende de Voetwassching, besluit hij timmerman te worden. Zijn zusje, die een jaar later van school gaat, mag voor „schooljuffrouw" leeren als ze wil. Moeder ziet haar echter liever dienstbode worden. Dank zij de vereenigde preeken van moeder en Gerard, en met behulp van een copie van de gravure die Gerard nederig hield, wordt ze dienstbode. Matig aanbevolen; niet voor jonge kinderen. | Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1919 |