|
|
|
N. Zwijnenburg In klas vijf, druk 1, 92 blz. | jongensboek; geschikt voor een leeftijd van ± 11-14 jaar; algemeene strekking. Korte inhoud: In de vijfde klas maakt Wim Wolter veel lief en leed mee. De meester kan het heel goed met zijn leerlingen vinden. Thijs de Wilde, een nieuweling uit Rotterdam, bederft echter veel. De jongens hebben een hekel aan hem. Bij den verjaardag van den meester wordt Thijs overal buiten gehouden. Thijs vernielt de mooie plant, die de kinderen aan meester gaven. Thijs wordt echter ernstig ziek. Meester spreekt hem over Jezus. Het eerst onverschillige gezin leert naar God vragen. De kinderen laten bij Thijs een mandje fruit brengen en met Kerstfeest een Kerstpakket. Alles wordt goed en Thijs belijdt zijn daad. Algemeene op- of aanmerkingen: Prettig geschreven boek. De jongens zullen het gaarne lezen. Het Kerstfeest met kaarsjes en allerlei versieringen in de klas kan ons niet voldoen. Geestelijk contact tusschen onderwijzer en leerling is natuurlijk beschreven. Nieuwe spelling. Het woord Heer wordt een enkele keer in plaats van Heere gebruikt. De kerstboom wordt even genoemd. Conclusie: matig aanbevolen. | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1938 Open Boekbeoordeling. |
N. Zwijnenburg In klas vijf, druk 1, 92 blz. | G.K.C.O. 5 t.d.t. We hebben hier te doen met het stokoude thema: een schoolverhaal, waarin een jongen zich aan allerlei kwaad schuldig maakt, maar die door een ernstige ziekte tot inkeer wordt gebracht. Wim Wolters komt in klas 5 bij meester Tuinstra. Een pracht-onderwijzer, met een model-klas. Maar als er een nieuweling uit Rotterdam in de klas komt, wordt het anders. Thijs komt uit een ongodsdienstig gezin. Hij is brutaal en valsch. Dit laatste komt telkens weer uit. Eerst vernielt hij een brief, dien Wim uit Transvaal gekregen heeft, en waarop hij zeer trotsch is. Dan gooit hij een bloempot stuk, en vertrapt de plant, die de meester als verjaringscadeau van de klas gekregen heeft, en waaraan Thijs niet meebetaald heeft, omdat hij door de jongens gemeden wordt. Een ernstige ziekte van Thijs brengt verandering. Meester Tuinstra bezoekt hem, en weet ook de klas te bewegen aan den zieke een fruitmand te sturen. Als er met Kerstfeest aan Thijs een Kerstpakket gebracht wordt, is het ijs geheel gesmolten. Wim gaat Thijs vergiffenis vragen, en ook Thijs toont berouw. Voor de ouders van Thijs zijn de bezoeken van meester Tuinstra eveneens tot zegen. De eerste hoofdstukken hangen wel wat los aan 't verhaal. De diefstal van de sigaretten b.v. had zonder schade verzwegen kunnen worden. Nog een opmerking: waarom en waartoe toch het afwisselend gebruik van de namen „Heere" en „Heer", soms vlak na elkander (zie b.v. blz. 91). De Franschen zeggen — en terecht — 'n deur moet open óf dicht zijn. De schrijver blijkt een goed verteller te zijn. Bijzonder mooi is het Kerstverhaal en hoe de meester samen met z'n leerlingen in de klas het Kerstfeest viert. Duidelijk komt hierbij uit, dat Jezus Christus niet maar is het Kerstkindje, maar de Borg, die kwam, om voor de zonde der wereld te lijden. Daarom kunnen we dit verhaal aanbevelen. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1938 |