H. Kaal
Jong batakbloed, druk 1, 92 blz. | jongensboek; geschikt voor een leeftijd van ± 12-15 jaar; algemeene strekking.
Korte inhoud: Het verhaal gaat over een internaat van een Zendingsschool te Naroemonda in het Tobaland. Hoofdpersoon is Masinta, De schrijver laat zien, hoe het daar toegaat. Inrichting, dagverdeeling, vacanties en schoolreisjes worden beschreven. Vóór de vacantie wacht een fijne verrassing. Zij gaan met autobussen een autotocht maken. Een vriend van Mas vindt een pot met 150 zilveren munten. Grootvader is ziek, deze is een heiden. Dat geeft den christenjongen te denken. Bij de begrafenis van grootvader wordt een doodenfeest gehouden. Verder komen er nog enkele avonturen in voor. Algemeene op- of aanmerkingen: Wel een aardig boek, doch te veel samengesteld, soms krijgt men den indruk, dat het meer losse schetsen zijn dan een doorloopend verhaal. De godsdienstige strekking is niet sterk. Een autotocht op Zondag deugt niet. Als beschrijving van Indische toestanden heeft het waarde.
Conclusie: niet aanbevolen voor Z.S. | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1938
Open Boekbeoordeling.
|
H. Kaal
Jong batakbloed, druk 1, 92 blz. | G.K.C.O. (Cart. band). 10 t.d.t. Dit boekje verplaatst de lezers naar het Batakland. Op een Hollandsch-Bataksche Zendingsschool gaat Masintan, wiens ouders Christenen zijn, doch wiens grootvader nog heiden is. Eerst lezen we iets van het leven in het internaat en de prettige sfeer, die daar heerscht, al verlangen de leerlingen wel sterk naar hun huis. Een paar dagen voor de Paaschvacantie wordt onder leiding van den directeur Van de Poll een tocht gemaakt naar een grot, waar merkwaardige dingen worden ontdekt. In de vacantie sterft de oude grootvader. Reeds lang tobde Masintan er over of grootvader wel in den hemel zou kunnen komen. Gelukkig was de oude in den laatsten tijd meer ontvankelijk voor het evangelie en had hij behoefte aan het gebed. Hij sterft als een Christen, maar wordt als heiden begraven. De heer Van de Poll gaat met verlof naar Holland en schrijft aan zijn jongens een brief over de reis en over zijn vaderland. Bij zijn terugkomst in Batakland zoeken zijn oudleerlingen hem weer op en is er heel wat te vertellen. Een prettig geschreven zendingsboek, dat een goeden indruk geeft van de vorderingen die het zendingswerk op Sumatra heeft gemaakt, en van den rijken zegen, dien het verspreidt. Wij leeren den hoofdpersoon kennen in de schoolomgeving, maar ook in de vacantie thuis. In den vader wordt ons een Christen-Inlander geschetst, die zijn belijdenis ook beleeft. Wij zijn met deze aanwinst ingenomen. | 
Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1938
|