|
|
|
D. Menkens-van der Spiegel Klein maar dapper, druk 1, 62 blz. | G.K.C.O. 10 t.d.t. 35 cent. Jan Verhuist, door de jongens genoemd "klein Jantje", ook wel eens "bang Jantje", heeft verdriet, omdat z'n vader buiten betrekking is. Zijn moeder gaat nu 3 dagen in de week uit werken en de mooie voorkamer is verhuurd aan een juffrouw. 't Ergste vindt Jan, dat ze nu op Sinterklaasavond geen cadeautjes gekregen hebben. Dat vertelt hij aan zijn grooten, sterken vriend Piet de Graaf, een jongen van 10 jaar, niet vlug in 't leeren, maar vol grappen. Piet weet raad, om aan geld te komen. Hij brengt wel eens pakjes weg voor menschen, die op de markt koopen, en stelt Jan nu voor, het samen te gaan doen. Jan stemt toe, maar houdt het voor zijn ouders geheim, zoowel omdat hij van hun goedkeuring niet zeker is, als wel om hen met Kerstfeest te kunnen verrassen. Daardoor raakt hij in moeilijkheden, aangezien hij het late thuiskomen niet anders kan verklaren dan door te liegen. Dit stuit hem tenslotte zóó tegen de borst, dat hij er mee ophoudt. Het verdiende geld, 22½ cent, is oorzaak, dat hij verdacht wordt, een kwartje te hebben weggenomen van de juffrouw, die de kamer gehuurd heeft. Wel wordt deze verdenking spoedig opgeheven, maar Jantje's ouders hebben nu bemerkt, dat hij hun wat voorgelogen heeft. Hierover heeft Jan berouw en vader wekt hem op, den Heere om vergeving te vragen. Op Kerstfeest kan Jan blij zijn: alles is weer goed en zijn vader krijgt een betrekking. Eén ding hindert Jan nog: hij heeft van een oude juffrouw een dubbeltje aangepakt voor het bezorgen van een tafeltje. Dat dubbeltje gaat hij terugbrengen, omdat het mensch zoo arm leek. De juffrouw noemt hem "klein, maar dapper" en vader en moeder stemmen daarmee in. - Het verhaal is levendig verteld en boeit de aandacht van het begin tot het eind. De grapjes van Piet, die marktkooplui imiteert, hadden liever achterwege moeten blijven. Ze doen te banaal aan. Het geheele laatste hoofdstuk lijkt ons een noodelooze toevoeging, al is juist dááraan de titel ontleend. Het verlangen, om het dubbeltje terug te brengen, is wat onnatuurlijk en bovendien kunnen we het met den besten wil niet zien als een uitermate dappere daad. Overigens maakt de schrijfster duidelijk, welk een schaduw de zonde op het kinderleven legt, en dat alleen de blijdschap kan terugkeeren, als de Heere de zonde vergeven heeft. Uit dit oogpunt begroeten we het boekje met ingenomenheid. De teekeningen zijn behoorlijk, met uitzondering van die der schoenmakerswerkplaats. Die ziet er in werkelijkheid heel anders uit. Omslag en uitvoering zijn onberispelijk. We streepten een enkele correctiefout aan. We bevelen dit bruikbare boekje aan voor jongens van 7 tot 10 jaar. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1931 |
D. Menkens-van der Spiegel Klein maar dapper, druk 1, 62 blz. | Leeftijd 7-9 jaar. Als geheel genomen wel aardig, maar volop kerstboomen in dit boekje en ook druk het woordje Heer. Een jongen, wiens vader zonder werk is wil door het wegbrengen van kerstboomen geld verdienen, Het gelukt, maar als het geld in zijn zak gevonden wordt, denkt men dat hij een dief is. Later komt zijn onschuld aan 't licht. De taal kan er nog wel mee door, maar de Godsdienst in dit boekje is o.i. niet positief genoeg, De opvoedkundige waarde is wel goed. We bevelen het maar matig aan, omdat er voor onze jeugd betere boeken zijn. | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1931 Open Boekbeoordeling. |