Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



Catharina

Zaterdagavond, druk 1, 24 blz.
Een verhaal van een bakkersjongen, den zoon eener weduwe, die voor 't eerst des Zaterdagavonds eigen verdiend geld hoopt thuis te brengen. Doch hij heeft de onvoorzichtigheid zijne broodkar op de tramrails te laten staan met het noodlottig gevolg, dat deze stuk gereden wordt. Een vriendelijk heer, voor wiens woning het ongeluk plaats grijpt, trekt zich het lot van den jongen aan. Hij brengt bij diens vertoornden baas alles in orde, en zorgt, dat Jan eene goede opleiding voor de toekomst krijgt. Zoo moet het onheil voor hem medewerken ten goede, en wordt de tekst zijner moeder bewaarheid: "Eer zij roepen, zal Ik antwoorden." Met uitzondering van enkele lange, minder goed gestelde zinnen, zijn taal en stijl vrij goed. De plaatjes zijn net uitgevoerd. Alleen begrijpen wij niet, waarom de nog jonge weduwe Van Effen als eene oude vrouw wordt afgebeeld. Dit boekje wil de strekking hebben: "Eer zij roepen, zal Ik antwoorden." Doch inderdaad heeft het die niet. De bedoeling dezer belofte is toch niet, dat de Heere wel hulp zal verleenen, al roept men niet. Maar wél verzekert zij de bereidwilligheid des Heeren, om te hooren, als het gebed des harten nog nauwelijks op de lippen is gekomen. Het blijkt nergens uit, dat bij dezen jongen in zijne moeielijke oogenblikken een roepen tot God in het hart is geweest, en evenmin wekt later de moeder, van wie hij dit Schriftwoord wel eens gehoord heeft, hem tot danken op. Wij twijfelen zeer, of het verhaal bij kinderen den indruk zal wekken, dien de Schrijfster wenscht. Er komen in dit boekje weinig godsdienstige motieven voor. Ook wordt de naam van Jezus bijna niet genoemd. Het Christelijke in dit werkje is zwevend. In maatschappelijk opzicht heeft het zeer goede momenten: bijv. dat ieder moet trachten in zijn bedrijf zoo flink mogelijk te worden, dat in het weldoen voor rijken en in tevredenheid voor de armen een groote schat is gelegen. Den laatsten zin op blz. 18 vinden wij bedenkelijk voor het prestige van de onderwijzers der kinderen, die dit boekje in handen krijgen. Ook is de vergelijking van dat brood met die schoolmeesters op zijn zachtst uitgedrukt zeer vreemdsoortig. Ondanks hetgeen er in gemist wordt, durven wij dit boekje wel aanbevelen, echter niet zonder voorbehoud.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1903

Open Jachin-boekbeoordelingen.


Catharina

Zaterdagavond, druk 2, 24 blz.
Een lief, natuurlijk verhaal. Het is de geschiedenis van een jongen, den zoon eener vrome weduwe, die in een groote moeilijkheid de waarheid leert verstaan van het lievelings-Schriftwoord zijner moeder: Eer zij roepen, zal ik antwoorden. Taal en stijl zijn passend, zoodat kinderen van 9-13 jaar 't boekje met genoegen zullen lezen. 't Is dat waard. 't Verhaal is onopgesmukt en naar 't leven! De titel zegt niet veel. Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1908
Catharina

Zaterdagavond, druk 3, 32 blz.
Eenvoudig en goed geschreven. Jan Geffens, wiens broodkar door een kleine achteloosheid vernield wordt, en die daardoor in groote moeielijkheid geraakt, ervaart, hoe „God antwoordt, eer zij roepen". Zelfs wordt dit ongeluk aanleiding, dat hij door de hulp van den heer Rakers een flinke bakker wordt. Het boekje kan gegeven worden aan kinderen van ± 10 jaar. Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1917
Catharina

Zaterdagavond, druk 4, 24 blz.
Leeftijd 10-12 jaar. Jan brengt zijn eerst-verdiende geld thuis. Hij is een flinke, ijverige jongen. Wat is hij blij, als hij met zijn rijksdaalder thuis komt. Zijn moeder is weduwe. Geholpen door den heer Raders wordt Jan een flinke bakker. Aanbevolen. Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1930

Open Boekbeoordeling.