|
|
|
Johanna Steven en zijn vriendin , druk 1, 48 blz. | Die Steven is een flinke jongen, die toont wat medelijden is. Hij lijdt met vrouw Witkamp, die bestolen is, mede en gaat er op uit, na zijn vader, die predikant is, te hebben geraadpleegd. Deze teekent op een lijst boven aan. De gedachte om met zulk een lijst rond te gaan, ging ook van Steven uit. Hoe prachtig slaagde hij en hoe rijkelijk gevoelde hij zich daardoor beloond! Hij wordt later ook predikant en brengt vrouw Witkamp nog eens een bezoek. Bij die gelegenheid hoorde hij heel wat. Wat? Nu ja, de lezer leze zelf. Een goed verhaal, allerliefst en bestemd voor kinderen van tien- of twaalfjarigen leeftijd. Eén opmerking. Laat die jongen Steven heeten; niet "Stevie" en laat Steven niet spreken van Vrouwtje Witkamp! Prijs f 0.25. | Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1906 |
Johanna Steven en zijn vriendin , druk 2, 48 blz. | »Een verhaal, op waarheid gegrond« is in den regel eenvoudig en daardoor aantrekkelijk. Zoo is 't ook hier. Steven is 't zoontje van dominee Van der Wouden. En zijn vriendin is vrouw Witkamp uit het kruidenierswinkeltje, met wie hij zoo gaarne keuvelt. Als haar tien gulden ontstolen wordt, peinst hij op middelen, om haar te helpen. 't Gesprek van een diaken thuis brengt hem op de gedachte, met een inteekenlijst te werken. En 't lukt hem, meer dan aan zijn vriendin ontstolen was, haar terug te geven. Als Steven, na vele dagen zelf predikant geworden, zijn oude vriendin weer bezoekt, kan ze hem verhalen, hoe zoo juist de dief, door gewetenswroeging gedreven, zich aan haar had bekend gemaakt en haar 't gestolene met had weergegeven. Een paar kleine opmerkingen moeten we maken. 't Heet herhaaldelijk: »Vrouwtje Witkamp«. Dat klinkt wat vreemd. En dan, 't verhaal is op waarheid gegrond. Maar de inkleeding zal wel verdichting zijn. En nu is 't wel wat onnatuurlijk, dat een bejaarde vrouw zoo haar bezorgd en bezwaard gemoed uitstort tegenover een jong kind. Had 't verhaal niet ietwat natuurlijker geloopen, als bijv. dominee met Steven bij zich een bezoek aan de weduwe had gebracht? Dan had Steven toehoorder kunnen wezen bij 't verhaal van den diefstal en had hij evengoed op 't idee kunnen komen, om met een inteekenlijst voor zijn vriendin te werken. 't Verhaal is zeer geschikt voor kinderen van 9 tot 12 jaar. Taal en stijl zijn goed. | Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1913 |
Johanna Steven en zijn vriendin , druk 2, 48 blz. | Geïll. omslag. Drie plaatjes. Prijs 25 cent. Steven van der Wouden, het zoontje van een dorpspredikant, haalde elken Zaterdag boodschappen in het winkeltje van de weduwe Witkamp, tot wie hij zich, door zijn herhaald bezoek, steeds meer aangetrokken gevoelde. Toen eens aan de niet met aardsche middelen bedeelde vrouw geld ontstolen was, kwam haar vriendje op de gedachte, een inteekenlijst op het dorp te doen rondgaan. Door zijn ouders hierin bijgestaan, bracht hij meer dan het gestolene voor haar bijeen, waardoor zij uit haar nood gered was. Twintig jaren later bezocht Steven, nu zelf ook predikont geworden, de weduwe, die hem mededeelde, hoe kort geleden de dief van haar geld bij haar was gekomen met volledige schuldbelijdenis. Na terugkeer van den dwaalweg der zonde, had hij geen rust, vóór hij, met den interest er bij, het gestolene teruggebracht had aan de weduwe, die in een ruime gift aan de armen den Heere haar dankoffer bracht. Een net boekje, verdeeld in 6 hoofdstukken met opschrift. Drie lieve plaatjes en één op den omslag versieren het. Taal en stijl zijn over 't algemeen vrij goed verzorgd. De wijze, waarop een oude vrouw den staat van haar winkelzaakje aan een kind blootlegt, achten wij niet natuurlijk. Steven spreekt haar aan als "Vrouwtje Witkamp." Wij vinden dien verkleiningsuitgang zeer ongewoon. Eindelijk komt het ons onnatuurlijk voor, dat een arme weduwe met een kleine winkelzaak, hoop kan voeden op eenen rustigen ouden dag en dien ook krijgt, zonder buitengewone middelen. De jonge Steven spreekt en doet wel wat "oude-man-achtig" Op verdienstelijke wijze worden in dit verhaal, dat "op waarheid gegrond" is, (dit is op zichzelf ook al een niet kleine verdienste), belangrijke Christelijke motieven besproken. "Onrechtvaardig verkregen goed gedijt niet," leest gij hier duidelijk tusschen de regels. Dat een veroordeelende consciëntie niet tot rust komt, voor de zonde oprecht is beleden en het bedreven kwaad, waar dit mogelijk is, goed gemaakt werd, zien wij hier treffend geschetst; als ook, dat de Heere allerlei wegen en middelen gebruikt, om zondaren te bekeeren. Helder komt uit, hoe betamelijk het is, in den weg van tegenspoed het vertrouwen op God niet te laten varen. De hulpvaardigheid van den kleinen Steven om aan zijn oude vriendin in den nood bijstand te bieden, is een aantrekkelijk voorbeeld. Gelijk Zacheüs weleer, bewijst de berouwhebbende dief de oprechtheid zijner bekeering door "vierdubbele" teruggave, terwijl de weduwe door het brengen van haar dankoffer toont, dat zij niet den verrassenden zegen, haar geschonken, wederkeert tot Hem, die er de oorzaak van is. In al deze bijzonderheden heeft het boekje een uitnemende strekking. Het ademt bovendien een gezonden Christelijken geest, waarom wij het van harte aanbevelen. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1913 |