|
|
|
|
| Jo van Haarlem Toch op Veldzicht, druk 1, 62 blz. | Wat is die Dirk toch een onaangename jongen voor zijn moeder en zusje. Bij oom en tante, die een boerderij hebben, heeft hij het ook al verbruid. Altijd kattekwaad uithalen, de menschen plagen, zijn moeder verdriet doen en zijn zusje afsnauwen, dat schijnt zijn lust te zijn. Als moeder dan ook sterft wil oom wel het meisje opnemen, maar hem niet. Hij moet maar naar zee om daar gehoorzanmheid en tevredenheid te leeren. Zoo gebeurt het ook en daar aan boord van de „Banka" maar bovenal in het hospitaal te Batavia, beseft hij, wat hij misdaan heeft. In Holland teruggekeerd zoekt hij vol berouw oom en tante op en is wat blij, als ze hem op „Veldzicht" willen nemen. Tien zwarte plaatjes in den tekst van matige beteekenis; druk goed; Aanbevolen. | Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1921 |