|
|
|
A.C. van der Mast Van vijf rijksdaalders en een gulden, druk 1, 94 blz. | Oom Jan, teruggekomen uit Amerika, schrijft dat hij door drukke zaken geen tijd heeft gehad om kerstkadootjes to kopen voor zijn neefjes en nichtjes, kinderen uit een domineesgezin. In plaats daarvan stuurt hij de vijf oudsten elk een rijksdaalder en de jongste een gulden. In werkelijkheid is het grootmoeder die er achter zit. Zij wil wel eens zien waaraan haar kleinkinderen zo'n royaal bedrag (we schrijven plm. 1920) zullen besteden. Het kan haar een aardig inzicht geven in de karakters van haar nakroost, en dat doet het dan ook. De jongste, in de gulheid van haar kleine hartje en zonder besef van de waarde van het geld, geeft het weg aan de orgelvrouw. De oudste jongen geeft het uit aan een hond, en komt ermee op de koffie want de hond blijkt vals. Jo koopt er een mooi schooletui voor, maar vergeet toch niet wat in het zendingsbusje te doen. Op haar aankoop rust dan ook zegen. Haar zus Ems die het geld helemaal voor zichzelf wil houden, besteedt haar rijksdaalder aan een kraagje op haar zondagse jurk. Het blijkt een miskoop. Riekje zet haar geld om in twee warme wollen mutsen voor arme jongetjes. "Zij toont reeds jong naar des Heilands woorden te willen handelen. "De oudste dochter Suus, die het geld voor een paar glace handschoenen had bestemd - een wel wat luxe wens voor een domineesdochter! - verliest het geldstuk. Zo krijgen alle zelfzuchtigen een lesje. Aan het eind van het verhaaltje keert de verloren riks terug en Suus, de sociale controle voelend, voert een stille strijd maar geeft het geld tenslotte voor een goed doel: twee oude mensen uit de parochie die door brand alles hadden verloren. Haar rijksdaalder wordt uiteindelijk besteed in "'s Heeren dienst." Tenslotte krijgt moeder de opdracht aan grootmoeder te schrijven "hoe de geschiedenis van de vijf rijksdaalders en den gulden is afgeloopen". | Met een kwartje de wererld rond, Toos M. Saal-Zuurveen, 1999, 1934 |
A.C. van der Mast Van vijf rijksdaalders en een gulden, druk 2, 94 blz. | jongens- en meisjesboek; geschikt voor een leeftijd van 9-13 jaar; algemeene strekking. Korte inhoud: Grootmoeder vertelt een verhaal van een rijke tante, die haar nichtjes in aanraking brengt met de armoede in de stad. Onder den indruk hiervan besluit het nichtje om haar gouden tientje, een Kerstgeschenk van haar Opa, voor arme menschen te besteden. Als de kinderen naar bed zijn, stelt Oma voor met de kinderen ook zoo'n proef te nemen. Dat gebeurt. Het geld wordt overgestuurd. Voor de vijf grooteren een rijksdaalder, voor de kleinste een gulden. Ze mogen er mee doen wat ze willen. Hoe besteden ze hun geld? De kleinste, die altijd een paar centen voor een draaiorgel mag geven, doet haar gulden er ook bij. Jo koopt een étui en een stuk chocola en doet twee dubbeltjes in het radiobusje. Frans koopt een hond, die geweldig woest blijkt te zijn en na allerlei onheil aangericht te hebben, doodgereden wordt. Ems koopt een kraagje, waar ze bedrogen mee uitkomt. Riekje een paar wollen mutsen, die zij in een arm gezin brengt. Suus bemerkt tot haar groote spijt, dat zij haar rijksdaalder verloren heeft. Ze had er glacé-handschoenen voor willen koopen. De werkvrouw vindt hem echter. Dan brengt Suus hem bij arme menschen, waarvan vader juist verteld had, dat hun inboedel verbrand was. Algemeene op- of aanmerkingen: Een vlot geschreven boekje, dat echter weinig met Kerstfeest te maken heeft. Het godsdienstig element is zeer zwak. In een vertelling over het Kerstfeest die in dit boekje voorkomt, kan de Kerstboom met al zijn speelgoed etc., natuurlijk niet gemist worden! Conclusie: niet aanbevolen voor Z.S. | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1934 Open Boekbeoordeling. |
A.C. van der Mast Van vijf rijksdaalders en een gulden, druk 2, 94 blz. | G. K. C. 0. 14 t. d. t. 50 cent. Grootmoeder vertelt aan haar zes kleinkinderen van Alice, het meisje, dat tien gulden kreeg en er mee doen mocht, wat ze wilde. Alice wilde "dat" koopen en "dat"; maar ten slotte bestemde ze het gouden tientje voor een arm gezin. Tot zoover het verhaal. Later op den avond komt vader thuis en Grootmoeder stelt voor, den zes kinderen ook iets te geven, waarmee ze doen mogen wat ze willen. 't Gebeurt. Ze krijgen allen een rijksdaalder, behalve Jetta, de jongste; die krijgt een gulden. En nu worden ons verder verteld de geschiedenissen van die geldstukken. Wat Frans er mee doet en Suus en Jo en Riek en Ernst en Jetta. Paedagogisch vinden we het een bezwaar in de conceptie, dat zelfs aan jonge kinderen zulk een "groot" bedrag wordt in handen gegeven, om er mee te doen volkomen zooals ze zelf willen. De wijze van vertellen is prettig en levendig. Het gegeven heeft iets pétillants; de kinderen zullen met veel nieuwsgierigheid uitzien naar het verloop van het verhaal, vooral van de lotgevallen van elk dier muntstukken afzonderlijk. De strekking is heel prijzenswaardig: besteed wat ge hebt in Gods dienst, want het is zaliger te geven dan te ontvangen. Aanbevolen! | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1934 |
A.C. van der Mast Van vijf rijksdaalders en een gulden, druk 3 | Het is een verhaaltje uit, als ik het zo zeggen mag, de oude doos. Daar kleeft al direct dit bezwaar aan, dat de tijdsomstandigheden, het levenspatroon, enorm veel verschilt van nu. De armoede speelt in dit verhaal wel een belangrijke rol. Van de armoede in deze vorm weten we nu niet veel meer, daarom ben ik bang, dat het de kinderen niet zo direct zal aanspreken. Er zijn boekjes van "vroeger", die het nu nog bijzonder goed doen. Ik denk in dit verband aan allerlei verhalen van Van der Hulst. Het thema is niet onaardig. Een grootmoeder heeft een verhaaltje verteld van een meisje, dat een gouden tientje, dat ze gekregen heeft, bestemde voor een arm gezin. Dit wordt bij wijze uitgeprobeerd in de praktijk, wanneer vijf kinderen een rijksdaalder krijgen en de jongste een gulden, waar ze mee doen mogen wat ze willen. Hier kun je vandaag de dag al niet zoveel mee beginnen! Het geeft in het gezin heel wat gespreksstof en de reakties zijn wel bijzonder verschillend. De bedoeling van dit alles is, dat zal blijken of we voor onze naaste gevoel hebben. Dat we onze naaste lief zullen hebben als onszelf! | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1979 Open Boekbeoordeling. |