|
|
|
Marie Bram Kersten's eerste zeereis, druk 1, 78 blz. | Dit boekje is verdeeld in 9 hoofdstukken met opschriften. Het verhaalt, hoe Bram Kerstens, de 14 jarige zoon van een weduwe, onder geleide van een oom, als jongste scheepsmaat zijn eerste zeereis naar Noorwegen maakt. Na verschillende plaatsen van Noorwegen te hebben aangedaan, maakt Bram met zijn oom een uitstapje in het binnenland. Veel wordt door hem gezien en genoten. Bram, die op school nog al eens ongehoorzaam was, wordt bij het zien van de gevaren der zee ernstiger gestemd en leert zijn toevlucht tot God nemen. Wegens zijn goed gedrag verwerft hij de gunst van den kapitein en van de passagiers. Na verscheidene weken afwezig geweest te zijn, komt hij behouden in het ouderlijk huis terug. Voor een groot deel bevat dit boekje beschrijving van plaatsen en volksgewoonten Noorwegen. Ook de plaatjes geven gezichten van dat land. In den regel hebben kinderen niet veel op met land- en plaatsbeschrijvingen. Zullen ze hen boeien, dan moeten ze niet zoo kort en vaag zijn als in dit boekje. Het is uitnemend, dat hun Gods heerlijkheid in de natuur wordt voorgesteld. Overigens is dit boekje, uit godsdienstig oogpunt beschouwd, oppervlakkig. Bram vindt in gevaar rust bij God, maar dat dit geschiedt in den weg van ootmoedige schuldbelijdenis, hooren wij niet. Ook wordt niet gerept van de vergeving der zonden in 't bloed van Christus. Het reizen op Zondag schijnt hier voor Christenen een gewone zaak te zijn. Met geen enkel woord wordt het veroordeeld. De uitdrukking "onze lieve Heer" is niet aan te bevelen. Een bepaalde strekking ontbreekt o.i., of het moest zijn, op een onderhoudende wijze den kinderen een reis naar het Noorden te beschrijven, waardoor meteen de kennis verrijkt wordt. Wel wordt er gewezen op Gods macht en majesteit in het rijk der natuur en dat Hij onze toevlucht moet wezen. Ook wordt gezegd, dat, toen Bram woorden hoorde, die zondig waren, Gods Woord hem langzamerhand tot een veilig schild werd. Maar nergens wordt er dieper op ingegaan, alles blijft wat oppervlakkig, zoodat van een religieuse of ethische strekking moeilijk kan gesproken worden. Ofschoon het godsdienstig element alzoo zwak is en het boekje geen bevredigender indruk achterlaat, willen we om het goede, dat er in gevonden wordt, het nog wel matig aanbevelen. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1917 Open Jachin-boekbeoordelingen. |
Marie Bram Kersten's eerste zeereis, druk 1, 78 blz. | Bram Kersten, de zoon van een visschers-weduwe, heeft van zijn oom, een zeeman, de toezegging, dat hij, als zijn eindrapport van school goed is, een zeereis mag meedoen. Door een streek, dien hij uithaalt, vermeldt zijn rapport voor gedrag „slecht". Hij vreest nu, dat er van zijn reis niet zal komen. Nadat hij alles heeft opgebiecht, valt ooms beslissing nog al mee : hij mag oom vergezellen op een reis naar Noorwegen. Een beschrijving van reis en van het natuurschoon, dat Bram te genieten krijgt, alsmede het verhaal van zijn behouden thuiskomst, voltooien de geschiedenis. Bepaald boeiend kunnen we dit boekje niet noemen. Of de schr. er een zekere strekking aan heeft willen geven, durven we niet te zeggen. Wel wordt een en andermaal op Gods grootheid en majesteit in de natuur gewezen; ook lezen wij aan het einde, dat Bram, toen het donker was „in zijn binnenste de(n) eenige(n) veilige(n) toevlucht had gezocht en gevonden bij God." Iets verkeerds zullen de kinderen er niet uit leeren. Alleen, waarom oom op Zondag naar Noordwijk moet komen, om alleen maar te zeggen, dat hij niet blijven kan, maar Maandag terugkomt, begrijpen wij niet. Wij vinden het altijd nog het beste, onzen kinderen het onnoodige reizen op Zondag als ongeoorloofd voor te houden. Taal en stijl zijn niet onberispelijk. Ofschoon Bram een Noordwijker is, maakt 't verhaal hier en daar den indruk, vertaald te zijn : blz. 66, reg. 1: doet niets; blz. 69, reg. 11 v. o.: Dank, besten dank. Van de andere vlekjes noemen wij: blz. 11, reg. 17: zoo geschrikt; blz. 19, reg. 11: Bram zijn goed; reg. 3 v. o. Bram's verhaal; blz. 33, reg. 6 v. o. zoo'n groote visschen; blz. 43, reg. 13 v. o.: vooral bij mistig weer en dat is dikwijls het geval. De punctuatie is, over 't geheel slecht verzorgd. Het aantal vergeten komma's is legio. De plaatjes geven enkele natuurtafreelen uit Noorwegen weer en de winterkleederdracht in Zweden. Wij bevelen het boekje, dat in 't bijzonder voor jongens van 12 jaar kan dienen, wel aan, ofschoon niet met warmte. | Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1917 |