|
|
|
M. van der Hilst De Uiver , druk 1, 154 blz. | G. K. 0. 3 z. p. 9 t. d. t. 50 cent, gec. 55 cent. Wij kunnen maar matig instemmen met het streven om de infectie van vliegtuig-enthousiasme, voor een goed deel ontketend door een handig zakenflair, ook door de evangeliseerende zondagsschoollectuur in de hand te werken. De epidemie is al erg genoeg. Daarbij komt, dat een Uiver-verhaal aan actualiteit heeft ingeboet sinds de catastrophe. Frits Ruijver, een 12-jarige jongen in Amsterdam, mag luisteren naar de berichten omtrent de aankomst van de Uiver te Melbourne, mits hij half elf uiterlijk thuis is. Frits vergeet den tijd en durft, als eindelijk te 1.45 's nachts het bericht komt: "De Uiver is te Melbourne aangekomen", niet naar huis gaan; dwaalt de stad uit en heeft het dwaze voornemen zich aan het hoofdkantoor der K.L.M. te Den Haag als leerling-vlieger aan te bieden. Een fabrieksarbeider te Halfweg verschaft den uiterst vermoeiden knaap nachtlogies en geeft hem, na een stevig ontbijt, 2 kwartjes om naar huis terug te keeren. Hij stapt in een verkeerde tram, komt te Haarlem en schrijft daar op het postkantoor een briefkaart naar huis, met het bericht, dat hij voor vlieger gaat leeren. Deze briefkaart heeft hij gekocht voor een nikkelen stuivertje, 't eenig bezit, dat hem rest. Een vriendelijke dame neemt hem op in haar auto en begrijpt, dat hij de knaap is, wiens opsporing bij een S.O.S.-bericht is verzocht. Ze brengt hem weer bij zijn ouders, die natuurlijk doodelijk ongerust zijn geweest. De toch al zwakke compositie vol schromelijke onwaarschijnlijkheid wordt nog zwakker gemaakt, doordat Frits nog verdacht wordt van diefstal van f 2.-, welke blijkbaar bij vergissing bij den kruidenier terecht zijn gekomen. We geven toe, dat er goede paedagogische gedeelten in dit dikke boek zijn verwerkt. B.v. blz. 145: "Het is nooit te laat om thuis te komen, denkt, daaraan. Dat geldt voor je ouderhuis, maar óók voor den hemel. Wat er ook gebeurd is. wat je ooit van je leven gedaan moogt hebben, als je met een berouwvol hart tot den Heere komt, dan zal Hij je evenmin verstooten, als je vader of moeder dit zouden doen. Vergeet dat nooit." In het verkeerde volharden maakt de zonde alleen maar erger. Maar dit compenseert de gebreken niet, evenmin als de goede Christelijke toon, die er in het Ruijver-gezin heerscht. We kunnen met dit boek niet dwepen, al keuren we het niet af. | Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1935 |
M. van der Hilst De Uiver , druk 1, 154 blz. | Jongens- en meisjesboek; geschikt voor een leeftijd van ± 12-15 jaar; algemeene strekking. Korte inhoud: Frits Ruiver uit Amsterdam is net als bijna alle menschen en kinderen, vervuld met het lot van de "Uiver". Hij krijgt verlof van zijn ouders om de straat op te gaan en te toeven bij een plaats, waar de loop van de "Uiver" telkens bekend wordt gemaakt. Hij wacht en wacht en blijft tusschen de groote menschen tot in den nacht (half 2). Hij durft niet naar huis; blijft zwerven en dolen en laat zijn ouders in ongerustheid. Hij komt bij een fabriek te Halfweg, drinkt bij een werkman koffie en eet wat. Nu komt het plan bij hem op om bij de K.L.M. dienst te nemen. Dit schrijft hij uit Haarlem aan zijn ouders. Dit gaat natuurlijk niet. Een freule uit Den Haag, met Frits' lot begaan, brengt Frits met haar auto weer thuis. Vader dankt God, Die alles nog weer genadiglijk heeft willen leiden. Algemeene op- of aanmerkingen: Gaarne hadden we dit boek als een blijvende herinnering aan dezen tocht aanbevolen. Helaas kunnen we dat niet. De schrijver heeft verzuimd om te wijzen op het zondige van dezen tocht door het ontheiligen van den Zondag. Voorts zijn er zinsneden, welke ons inziens beter weggelaten hadden kunnen worden, door het stellen van den zin, als op blz. 97: "Krijg je veel op je" en "Jij moet als de", worden de vloeken toch, al zij het in stilte, gezegd. Wij laken dan ook den schrijver deze manier van schrijven in een z.g. Christelijk boek. Enkele drukfouten op het midden van blz. 55: khop moet zijn: kop; khosten moet zijn: kosten. Conclusie: Niet aanbevolen voor Z.S. | Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1935 Open Boekbeoordeling. |
M. van der Hilst De Uiver , druk 1, 154 blz. | Dit boek staat helemaal in het teken van de luchtrace die in 1934 werd gehouden. De vlucht ging van Londen naar Melbourne. Heel Nederland op z'n kop, want ook de K.L.M. deed mee, en wel met "De Uiver", een passagiers-vliegtuig met als bemanning Parmentier en Moll, respectievelijk eerste en tweede piloot, Prins, boordwerktuigkundige en Van Brugge, marconist. Frits Ruyver van twaalf is helemaal bezeten van de race. Hij weet er alles over te vertellen en volgt de wedstrijd op de voet, zoals trouwens bijna heel Nederland. Zijn enthousiaste verhalen brengen ouwe oom Barend ertoe hem een stuiver te geven. Nu, oveel was de informatie stellig waard. Het is al nacht wanneer op 26 oktober 1934 het bericht binnenkomt: "De Uiver is in Melbourne geland." Nederland was nummer twee geworden. Frits krijgt het nieuws uit de eerste hand, want hij staat met duizenden andere 'fans' voor het gebouw van 'Het Handelsblad.' Als de eerste opwinding wat is geluwd, realiseert Frits, die al die tijd in een roes heeft geleefd, zich ineens met schrik dat het al ver over middernacht is. Het is kwart over twee! Wat zullen zijn ouders wel zeggen? Frits wordt thuis tamelijk streng opgevoed... Frits raakt van de kaart en durft niet meer naar huis. Doelloos zwerft hij door de stad. Dan, ineens, rijpt bij hem een plan: hij zal zich in Den Haag bij het hoofdkantoor van de K.L.M. aanmelden als `leerling-vlieger.' De stuiver die hij van oom Barend kreeg, komt nu van pas. Hij koopt er een 'binnenlandsche briefkaart' voor en schrijft aan zijn ouders: "Maakt U zich over mij niet ongerust. lk leef nog en ga voor vlieger leeren. Als ik vlieger ben, zal ik U weerschrijven. "Maar ach, bij de K.L.M. zaten ze nu niet bepaald te springen om twaalfjarige aspirant-vliegeniers... | Met een kwartje de wererld rond, Toos M. Saal-Zuurveen, 1999, 1935 |
M. van der Hilst De Uiver , druk 1, 154 blz. | Wij leven weer in de dagen van de Melbournetocht, toen jong en oud vervuld was van deze spannende race. Jan de Ruyver is er zoo vol van, dat hij zijn huiswerk er bijna door vergeet en in zijn droomen vliegt hij al naar Indië. Op den avond, dat de Uiver te Melbourne verwacht wordt, mag Jan van zijn vader met andere jongens naar het bureau van het Handelsblad, om daar de nadere berichten af te wachten. Het duurt een heelen dag voor Jan weer thuis komt; en wat hij allemaal beleeft in dien tijd, wordt ons op aardige wijze verteld. Een beetje onwaarschijnlijk wel. Een frisch geschreven boek. Leeftijd 10-14 jaar. | Boekbeoordeling in Kind en Zondag, 1940 |