Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



J.C. Luitingh

De bijbelcolporteur in Oostenrijk , druk 5, 24 blz.
Dit boekje verhaalt iets van de lotgevallen van Mühlhausen als Bijbelcolporteur in Oostenrijk. In 't midden der vorige eeuw was de Bijbel in dit land nog verboden, en stond op bijbelcolportage de doodstraf. Eerst in 1861 werden den protestanten burgerlijke en staatkundige rechten gewaarborgd. Mühlhausen, uit Barmen afkomstig, werd door eenige vrienden van het Godsrijk aldaar, naar Oostenrijk gezonden, nadat hij zich eerst zelf voor dit werk had aangeboden. Treffend zijn de ontmoetingen, hier beschreven; kennelijk vergezelde de gunste Gods den dapperen jongeling, die wonderbaar beveiligd werd, en tot in de gevangenis toe zegen op zijn arbeid aanschouwen mocht. Wijlen br. Jaspers, medebestuurder van het Java-Comité, heeft dit verhaal uit Mühlhausen's eigen mond vernomen, en daarna meegedeeld aan dhr. Luitingh, die het in dit boekje navertelt. De vorm is hoogst eenvoudig. Zonder versiering en daarom te meer treffend. De auteur schrijft op den titel: een waar verhaal. Had hij echter een novelle willen geven, dan zouden de gegevens meer kunnen zijn uitgewerkt. Nu is de vorm geheel bepaald door den inhoud. Wij achten dit uitnemend. Bij een "waar verhaal" moet niet worden gefantaseerd. - 't Onopgesmukte en eenvoudige trekt aan. De stijl is niet voor jonge kinderen berekend. Daarvoor zijn de zinnen te lang. Overigens zijn taal en stijl goed. Van enkele kleine vlekjes zullen wij niet spreken. De strekking is door den schrijver in een woord vooraf aldus aangegeven: "Het verhaal stelt ons, als in een spiegel het beeld voor oogen van den Christen, die alles voor zijnen Heere en Meester over heeft." De auteur wil doen zien, dat God den getrouwen arbeid in Zijn Koninkrijk met heerlijken zegen kroont, ook al blijven de beproevingen niet uit. Over een paar bijzonderheden zou een opmerking te maken zijn: 1o. over de noodleugen, blz. 9: "Ik weet van geen Bijbelcolporteur af." De verteller waagt zich niet aan een beoordeeling van deze woorden. Toch ware een woord van waarschuwing hier niet ondienstig geweest. Hij stond hier voor een ernstig motief, dat, in 't leven, ook van kinderen, lichtelijk zich kan opdoen. 2o. plaatsen wij een streepje bij de mededeeling van de stem in het binnenste "Doe het raam open", blz. 20. Ook hier had o.i. de opmerking niet achterwege mogen blijven, dat zoo iets gansch buitengewoons geenszins als gewoon beschouwd worden mag. De uitvoering van dit werkje is goed. De illustraties op den omslag en het plaatje op de eerste bladzijde, die drie momenten uit het verhaal te zien geven, zijn goed afgewerkt. De letter is flink en duidelijk.
Conclusie: voor oudere leerlingen gerustelijk aan te bevelen.


Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1907

Open Jachin-boekbeoordelingen.


J.C. Luitingh

De bijbelcolporteur in Oostenrijk , druk 5, 24 blz.
Een waar verhaal, door den schrijver vernomen uit den mond van den heer H. Jaspers, in leven medebestuurder van het Javacomité. Het behandelt in zeer korte trekken, wat door Mühlhauser gedaan is, om in Oostenrijk de kennis van Gods woord te brengen vóór het jaar 1861, waarin den Protestanten burgerlijke en staatkundige rechten werden gewaarborgd en hun in kerk en school ene eigene wetgeving werd toegestaan, Aanvankelijk had Mühlhauser zegen op zijn werk, al ging dit ook niet gemakkelijk. Nadat hij eenigen tijd in 't geheim bijbellezingen had gehouden, werd hij echter gevangen genomen. In de gevangenis, waarin hij meer dan een jaar vertoefde, had hij merkwaardige ondervindingen. Hij bidt er o.a. langen tijd geregeld voor de herstelling uit zware ziekte van de echtgenoote van een zijner bekeerlingen, totdat hij in zijn binnenste het woord vernam : "Uw gebed is verhoord". (blz. 25). De schrijver zal voor de historische betrouwbaarkeid hiervan wel instaan; toch meenen wij, dat men met dergelijke mededeelingen voorzichtig moet zijn. De jeugd vormt zich zoo gemakkelijk een verkeerd denkbeeld over gebedsverhooring. Voor ziekelijke geloofsuitingen moet zij behoed worden. Uit dat oogpunt komt ons ook bedenkelijk voor, wat op blz. 22 verhaald wordt. Mühlhauser werd ontslagen uit de gevangenis. Denkende aan de vele uren van gebed en van gemeenschap met God in zijne cel doorgebracht, zegt nu Mühlhauser tot den gevangenbewaarder, die hem uitleiden moest: "Och, laat mij hier maar blijven, ik heb het hier zoo goed gehad." Hiervan afgezien, geeft het boekje onzen kinderen een uitnemend voorbeeld van overgave voor den dienst des Heeren en kan daarom worden aanbevolen. Boekbeoordeling in bijblad van "De Christelijke Familiekring : tijdschrift voor zondagsschool en huisgezin", 1907