Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



C.Th. Jongejan-de Groot

De kerstvacantie van de Kortenaertjes, druk 1, 90 blz.
G.K.C.O. (cart. band). 16 z.p. De drie kinderen, Max, Hans en Hanneke van dokter Kortenaer zullen de Kerstvacantie doorbrengen bij tante Ena in Amsterdam, omdat hun neefje Nono daar tijdelijk komt, wegens ziekte van zijn moeder in Indië. Ze stellen er zich veel van voor, maar worden erg teleurgesteld, want hun neefje, dat dag aan dag aan zijn moedertje denkt, laat zich weinig met hen in. Daarom vergeten ze hem bij hun ijspret en lokken uit plaagzucht zijn aapje bij hem vandaan, dat in de dakgoot kou vat en gevaarlijk ziek wordt, evenals Nono zelf, die op 't ijs bekleumd is geraakt. Tante Ena, en later ook vader en moeder, wijzen hen op hun weinig Christelijk handelen en bidden met hen om vergeving. Omdat Nono ernstig ziek is, komen zijn vader en moeder over, en ten slotte, na belijdenis van hun schuld, ook aan Nono, worden de kinderen met elkaar goede vrienden. Dit boekje ziet er keurig uit, waarlijk een lust voor de oogen. Jammer, dat de Kerstboom hier een rol speelt, ofschoon toegegeven moet worden, dat tante Ena haar best doet om duidelijk te maken, dat hier het zwaartepunt niet ligt. De stijl is levendig en natuurlijk; alleen de brieven aan het einde doen minder „echt" aan. Omdat zondebesef en oprecht berouw alsmede het gebed aan den Heere Jezus om vergeving in dit verhaal niet ontbreken, bevelen we het voor onze Zondagsscholen aan.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1938

C.Th. Jongejan-de Groot

De kerstvacantie van de Kortenaertjes, druk 1, 90 blz.
jongens- en meisjesboek; geschikt voor een leeftijd van ± 10-14 jaar; algemeene strekking.
Korte inhoud: De kinderen van dokter Kortenaer mogen gaan logeeren in Amsterdam bij een tante. Hier ontmoeten zij ook een neefje uit Indië. Het is een tenger kereltje, dat door ziekte van zijn moeder eenigen tijd in Holland moet blijven. Het neefje ziet er geheel anders uit dan zij zich hebben voorgesteld. Geen flinke jongen, maar een verkleumd, tenger ventje, dat heimelijk treurt over het gemis van zijn ouders en het pas verlaten warme land. Nono, zoo heette het neefje, lijkt den Kortenaertjes erg kinderachtig toe, zij beseffen n.l. niet hoe het kind treurde. Zij maken hem tot het middelpunt van hun plagerijen. Tenslotte is het mede door hun schuld, dat Nono ernstig ziek wordt en het meegebrachte aapje wegsnapt en verstijfd van koude in de dakgoot gevonden wordt. Gelukkig worden Nono en het aapje beiden weer beter. De kinderen worden door hun tante en later door hun ouders ernstig onder handen genomen en zij leeren hun schuld met schaamte inzien en belijden. Later komt het neefje bij hen logeeren en nu is alles anders. Ze leeren het ventje beter kennen en waardeeren hem en plagen, neen, dat zullen ze nooit weer doen. Algemeene op- of aanmerkingen: De omslag is prachtig. Onderhoudend is dit boek verteld. Als zoodanig een voorbeeld. Vervelend alleen zijn die branieachtige woorden van de jongens. De ouders doen ook mee aan die overdreven taal, b.v, blz. 10 "nieuws hooren, waar je van omvalt". Trouwens, erg bewonderen kan ik de jongens toch niet, hun houding tegenover Nono is grof. Daartegenover staat, dat hun berouw oprecht is. Maar waarom hier niet gewezen op vernieuwing des harten? Het Christelijk karakter van dit boek wordt het best gekarakteriseerd door de Kerstviering. Eerst cadeautjes, dán de Kerstboom en dán de Kerstgeschiedenis. Waar vinden wij toch eens een krachtig getuigenis van de onmisbaarheid van Christus als Borg? Nieuwe spelling.
Conclusie: niet aanbevolen voor Z.S.
Boekbeoordeling van de Ned. Hervormde Zondagsscholenbond op Geref. Grondslag, 1938

Open Boekbeoordeling.
C.Th. Jongejan-de Groot

De kerstvacantie van de Kortenaertjes, druk 2, 91 blz.
G.K.C.O. (cart. band). 16 z.p. De drie kinderen, Max, Hans en Hanneke van dokter Kortenaer zullen de Kerstvacantie doorbrengen bij tante Ena in Amsterdam, omdat hun neefje Nono daar tijdelijk komt, wegens ziekte van zijn moeder in Indië. Ze stellen er zich veel van voor, maar worden erg teleurgesteld, want hun neefje, dat dag aan dag aan zijn moedertje denkt, laat zich weinig met hen in. Daarom vergeten ze hem bij hun ijspret en lokken uit plaagzucht zijn aapje bij hem vandaan, dat in de dakgoot kou vat en gevaarlijk ziek wordt, evenals Nono zelf, die op 't ijs bekleumd is geraakt. Tante Ena, en later ook vader en moeder, wijzen hen op hun weinig Christelijk handelen, en bidden met hen om vergeving. Omdat Nono ernstig ziek is, komen zijn vader en moeder over, en ten slotte, na belijdenis van hun schuld, ook aan Nono, worden de kinderen met elkaar goede vrienden. Dit boekje ziet er keurig uit, waarlijk een lust voor de oogen. Jammer, dat de Kerstboom hier een rol speelt, ofschoon toegegeven moet worden, dat tante Ena haar best doet om duidelijk te maken, dat hier het zwaartepunt niet ligt. De stijl is levendig en natuurlijk; alleen de brieven aan het einde doen minder „echt" aan. Omdat zondebesef en oprecht berouw alsmede het gebed aan den Heere Jezus om vergeving in dit verhaal niet ontbreken, bevelen we het voor onze Zondagsscholen aan.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1940