|
|
|
|
| M.A.M. Renes-Boldingh De weg van het licht, druk 4, 355 blz. | In de voorafgaande categorieën van kinderbijbels hebben we gezien hoe in de periode vanaf ongeveer 1950 een zekere versobering in verteltrant optreedt. Ook in deze jeugdbijbel is die tendens enigszins aanwijsbaar. De schrijfster vertelt wat bondiger en minder dramatisch dan de meeste van haar voorgangers. Het lijkt, alsof ze het kind wat meer eigen voorstellingen en fantasie gunt. Doel van de schrijfster is in de 'bijbelse geschiedenissen' te laten zien, dat God zijn historische plan met deze wereld ten uitvoer brengt. Met de woorden van de Verantwoording: 'Niet alleen de bijbelse geschiedenissen op verantwoorde suggestieve wijze te vertellen, maar ook, om in die verhalen te doen uitkomen het grote plan, dat God met zijn schepping heeft: haar uit duisternis en gebondenheid op te trekken tot zijn wonderbaar licht, dat is tot de vrijheid en heerlijkheid der kinderen Gods'. Als godsnaam wordt vaak 'Eeuwig Getrouw' gebruikt, terwijl de verhalen door hun onderlinge samenhang de grote lijn in de geschiedenis moeten benadrukken. De gelijkenis uit Luc. 10 is op zichzelf niet representatief voor het gehele boek, wél is dat enigszins de situering. De schrijfster laat namelijk aan Luc. 10:25 de lijdensaankondiging voorafgaan uit Luc. 13:34. Pag. 262:'Maar Jezus blijft. Hij wéét, beter nog dan de vrienden, wat Hem hier te wachten staat. Toch blijft Hij onverschrokken de taak afmaken, die zijn hemelse Vader Hem heeft opgedragen.' Dan volgt de gelijkenis met een wat 'tedere' voorstelling van de Samaritaan en een korte uitleg aan het slot. Daarna wordt het hoofdstuk besloten met de aankondiging van Jezus, dat wie in het Koninkrijk van God wil regeren, moet beginnen met dienaar te zijn van alle mensen (pag. 263).De schrijfster vooronderstelt een kind dat bereid is naar nogal lange verhalen te luisteren of die zelf te lezen. Zij verschaft daarbij een beetje historische informatie, maar benadrukt vooral Gods plan met de wereld (dat a priori vaststaat). Zij trekt die lijn door naar de wereld van nu en naar de toekomst. Het boek mondt dan ook uit in een eschatologie met alledaagse beelden: 'Er zitten geleerden in hun laboratoria, er wordt vergaderd voor betere woningbouw, gestreden voor een menswaardig bestaan; er is zorg voor invaliden en kinderen, het verlorene wordt gezocht, de dierenbescherming breidt zich uit. Het is al openbaring van het Koninkrijk dat er is. Er worden melaatsen verzorgd; er steken reddingsboten in zee, trotserend storm en golven, gevangenen worden bezocht en aan geesteszieken wordt barmhartigheid bewezen. Het Koninkrijk is er; het werk gaat door, ook al toeft de Koning zelf te komen.' |  Open het boekje Rapport van een onderzoek naar kinderbijbels van Nederlands bijbelgenootschap en Katholieke bijbelstichting, 1972, 1955-56 |
| M.A.M. Renes-Boldingh De weg van het licht, druk 7, 363 blz. | De schrijfster is er op uit via de bijbelse geschiedenis te laten zien dat God zijn plan met de wereld ten uitvoer brengt. De vertellingen bevatten hierdoor uitweidingen en interpretaties die niet direkt aan de oorspronkelijke bijbelverhalen ontleend zijn. De verteltrant en pedagogische aanpak is sober, maar tamelijk ouderwets, en zal kinderen van deze tijd misschien niet steeds kunnen boeien. |  Open het boekje De ene kinderbijbel is de andere niet ..., G.J. Marseille, 1977, 1955-56 |