Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie Klik hier
Sluit venster

Boek en druk


Recensietekst


Bron



Jan Veltman

Van een jonker die werkman en van een boendermaker die jonker wilde worden, druk 1, 157 blz.
G. K. C. 0. 19 t. d. t. f 1.20. Het nieuwe verhaal van Jan Veltman, dat het record slaat wat titellengte betreft. heeft tot thema dat ieder het gelukkigst is, als hij den arbeid mag verrichten waartoe aanleg en neiging hem bestemd schijnen te hebben, maar dat boven alles te bedenken is, dat de eeuwige dingen de eerste plaats in ons leven moeten innemen. Uitwerking van dit gegeven geschiedt aldus, dat Johan, een wees, die grootgebracht wordt op het slot Lieuwenstein, veel liever werkman zou zijn dan jonker, en dat Linze, de boendermaker uit de "Stobbehut" veel liever jonker op het kasteel wezen zou. De freules komen op het denkbeeld de beide jongens te doen ruilen, om Johan van zijn dwaasheid te genezen. Linze, een groote stoffel, is het leven en vooral het leeren op het slot al dadelijk moe, vlucht en wordt een flinke boerenknecht. Johan komt op een groote kweekerij, waar hij goed op zijn plaats blijkt. Het verhaal staat wel wat buiten het werkelijke leven, want zoo iets zal wel nooit plaats hebben, dat de freules een jongen boedermaker op 't slot halen en hun protegé maar laten verkeeren in de armoedige stobbehut. Toch weet de schrijver het wel interessant te maken en door de lessen van een schaapherder er ook het Christelijk element in te brengen. Uiterlijk is het boek voortreffelijk verzorgd en ook wat typographische uitvoering en illustratie betreft mag het worden geprezen. Een groote deugd is dat we hier echte godsvrucht geteekend vinden. Bovendien waait van sommige bladzijden ons de frissche geur van het wijde buitenleven tegen. Hiertegenover staat evenwel een bezwaar van psychologischen aard. Hoewel aardig gevonden, is het gegeven te opzettelijk en te onnatuurlijk uitwerkt. De Schrijver meent wat te gemakkelijk z'n jonge lezers alles op den mouw te kunnen spelden. Dat bijv. de onwetende boendermaker al gauw tegenzin in 't leeren krijgt, is natuurlijk, maar dat hij zoo gauw lekkere boterhammen met ham of koek of jam of kaas niet meer lust en naar z'n armoedig kostje terugverlangt (bladz. 99), dat maakt hij den jongens niet wijs. Hinderlijk zijn de onmogelijke grappen, die alleen uit de fantasie van den auteur komen, b.v.: zelfnamige standwoorden voor zelfstandige naamwoorden; zenensachtig voor zenuwachtig. Op blz. 122 denkt Hille, dat graden Celsius een andere naam is voor peekoffie. De volzin over de bekeering op blz. 56 is zeer waarschijnlijk goed bedoeld, maar ongelukkig geformuleerd. We bevelen ondanks onze opmerking dit boek voor onze oudere jongen, aan.

Boekbeoordeling van Kinderlectuur voor de Zondagsschool door de Commissiën van "Jachin", 1925

Jan Veltman

Van een jonker die werkman en van een boendermaker die jonker wilde worden, druk 1, 157 blz.
Bijzonderheden: Oorspr. werk, leeft. 11-13 jaar; omvang 156 blz. Prijs gecart. f 0.65, geb. f 1.10.
Korte inhoud: De jonker is eigenlijk geen jonker, maar de zoon van een tuinbaas op een "heerlijkheid". Na den dood van den vader wordt hij door de "Freules van 't huis" opgevoed, die hem willen laten studeeren. Toch wil de jonker liever z'n handen uit de mouwen steken. Linze, de kleine borsteljongen, wil wel graag een jonkerleventje leiden. Om jonker Johan van zijn lust-tot-handenarbeid te genezen, worden de rollen omgekeerd. Johan gaat werken ook bij Klaas de schaapherder en Linze komt op 'thuis om jonker te zijn en letters te eten. Maar de zaak draait anders, dan de freules verwacht hadden. Johan zet door en Linze loopt weg. Ten slotte krijgen beiden hun zin: De jonker mag leeren èn werken en de boendermaker wordt een flinke knecht.
Beoordeeling: Een aardig boek en veel natuurlijker en gezonder dan Vadertje Wim en Roel Ros. Het "overvrome" gepraat van de jongens is er uit geweerd. Qp blz. 18 nog hiervan een tikje. Den Scheper met zijn boek met groote letters (= het kerkhof) past dit beter. En uit zijn mond klinkt het natuurlijker en aannemelijker. De illustraties van E.J. Veenendaal zijn goed. Aanbevolen. J. R.

Open Gids


J.Lens Bibliotheekgids voor Chr. School- en Jeugdbibliotheken, 1930