Sluit venster


Voor een Pdf-printvriendelijke versie van deze recensie(s) Klik hier

Recensietekst


Bron


Waarom naar de stratosfeer ? Ieder die gelezen heeft dat ir. Cosijns met zijn ballon een hoogte heeft bereikt van 16.000 meter, vraagt zich af : waarom ondernemen ze toch eigenlijk die tochten ? In de Libellen-serie (uitgave Bosch & Keuning te Baarn) verschijnt thans een deeltje geschreven door den heer O.W.P. Mohr, onder de titel „Waarom naar de Stratosfeer ?" Het boekje wordt met foto's geïllustreerd.Friesch Dagblad, 22-08-1934

Open link naar krant op Delpher
WAAROM NAAR DE STRATOSFEER? Wat doet de mensch in de stratosfeer? Zich verpoozen? Vrijer ademen, ver van het aardsche gewoel? Dit laatste zeker niet, want hij kan in de stratosfeer heelemaal niet ademen, tenzij hij kunstmatige middelen te baat neemt. Verpoozing zoekt hij er ook niet bepaald, maar kennis. Hij zoekt iets in die geheimzinnige sfeer waarvan hij op aarde de teekenen heeft opgevangen. Dat zijn de z.g. kosmische stralen, die een ongehoord doordringingsvermogen bezitten en uit de wereldruimte „afkomstig" zijn; hoe hooger men komt, hoe sterker zij worden. Zij dringen door looien platen van meer dan 1 meter dik heen, zonder ook maar de helft van hun kracht te verliezen. Wilde men dus meer van die geheimzinnige stralen weten, dan moest men probeeren zich zoover mogelijk van de aarde te verwijderen tot boven de troposfeer. Daarbij deden zich tal van moeilijkheden voor, die door prof. Piccard deels met zeer eenvoudige middelen werden opgelost. De grootste hoogte (22 K.M.) werd tot dusver bereikt door de „Ossaviachin", de Russische ballon die zoo noodlottig verongelukt is. En de jongste stratosfeertocht van Cosijns en van der Elst ligt nog versch in het geheugen. Wie wat meer weten wil van de geheimzinnige cosmische stralen en de moeilijkheden die de stratosfeervaarders te overwinnen hebben, kunnen wij verwijzen naar het nieuwste deeltje van de Libellen-serie (uitgave van Bosch & Keuning, Baarn) waarin O.W.P. Mohr een bevattelijke en beknopte beschrijving van „de straatweg van de toekomst" geeft, zoals de schrijver zich uitdrukt. Delftsche Courant, 31-08-1934

Open link naar krant op Delpher
NIEUWE UITGAVEN „Waarom naar de stratosfeer?" door O.W.P. Mohr. Uitg. Bosch & Keuning, Baarn. In de Libellen-serie verscheen als no. 45 een bijzonder interessant boekje „Waarom naar de stratosfeer?" van de hand van den heer O.W.P. Mohr. De schrijver zet in dit werkje, op voor den leek bevattelijke wijze en toch wetenschappelijk zeer zuiver, uiteen, waarom Piccard, Cosijns, de Russen en de Amerikanen hun gevaarlijke tochten haar het hooge onbekende ondernamen en zeer zeker nog zullen ondernemen. Hij vertelt van de geheimzinnige kosmische straling en van de beteekenis van het opsporen van haar oorzaak, welke ons misschien krachten kan leeren ontwikkelen, die steenkool en benzine voor goed overbodig zouden maken. Piccard, die Zwitser van geboorte is, was lang bezig met het voorbereiden van zijn eersten tocht. De heer Mohr schrijft: „Toen hij zijn oogenblik gekomen zag, koos hij de richting, die de bergen van zijn land hem hadden gewezen en zonder andere zekerheid, dan het vertrouwen in de juistheid van zijn kennis begaf hij zich naar de streken, die voor dien het domein waren van de breidellooze willekeur van wetenschappelijke hypothesen." De heer Mohr bespreekt voorts uitvoerig de constructie van de stratosfeer-ballons, enkele resultaten van de reeds volbrachte tochten en eindigt met het afdrukken van een uittreksel uit het logboek van Max Cosijns van den tocht van 18 Augustus l.l. Het boekje is dus wel „bij"! Het werkje van den heer Mohr is zeer lezenswaard voor ieder, die zich voor het wetenschappelijk onderzoek van onzen tijd interesseert... De Gooi- en Eemlander, 05-09-1934

Open link naar krant op Delpher
NIEUWE UITGAVEN „Waarom naar de stratosfeer?” O.W.P. Mohr geeft in een geïllustreerd boekje, dat in de Libellen-serie van Bosch & Keuning te Baarn is verschenen, het antwoord op deze vraag, die weer actueel werd toen de vorige maand Cosijns en Van der Elst voor een nieuw onderzoek naar de cosmisehe straling opstegen en den tocht, gelukkig zonder ongelukken, volbrachten. Het verkorte logboek van Max Cosijns vormt het slot van het boekje, waarin men tevens over de voorafgaande opstijgingen tot groote hoogten. verhalen vindt en inrichtingen ontvangt over de moeilijkheden, die moesten worden overwonnen voordat deze vaarten konden worden ondernomen.Algemeen Handelsblad, 06-09-1934

Open link naar krant op Delpher
Van de uitgeverij van Bosch en Keuning te Baarn: „Waarom naar de stratosfeer?" door O.W.P. Mohr. Dit, met talrijke fotografieën geïllustreerde boekje, dat verschijnt als no. 45 in de Libellen-serie, geeft een uiteenzetting van de experimenten van prof. Piccard en Max Cosijns en van het doel der stratosfeertochten. „De stratosfeer-straatweg van de toekomst", het opschrift van een der hoofdstukken, geeft in korte trekken weer wat de heer Mohr verwacht van de ontwikkeling der stratosfeervluchten.Provinciale Geldersche en Nijmeegsche courant, 08-09-1934

Open link naar krant op Delpher
Waarom naar de stratosfeer? De menschen zoeken het tegenwoordig wel hoogerop — tot in de stratosfeer, d.w.z. het twintig en meer kilometers hoog gelegen luchtruim. Waarom ze dat doen, behandelt de heer O.W.P. Mohr in een nieuwe uitgave der goedkoope Libellen-serie (Fa. Bosch en Keuning, Baarn). Een vlot geschreven en aardig geïllustreerd boekje, gelijk alle „Libellen";"De Graafschap-bode, 21-09-1934

Open link naar krant op Delpher
Waarom naar de stratosfeer? door O.W.P. Mohr. Uitg. Bosch en Keving, Baarn. Een nieuw boekje in de libellenserie, dat ongetwijfeld weer in den smaak zal vallen. Zeer populair heeft de schrijver het nut van de stratosfeertochten hierin uiteengezet. Zeer overzichtelijk is ook de grafische voorstelling van de atmosfeer en de verschillende stratosfeertochten. Ook deze Libel zal gretig' lezers vinden.Nieuwsblad van het Noorden, 29-09-1934

Open link naar krant op Delpher
LIBELLEN-BOEKJES. Waarom naar de Stratosfeer, door O.W.P. Mohr. Flakkeesche Schetsen, door J. Kleeuwens. Van Nederlandsche Luilakken, door D.D.J. van der Ven. Uitgave van Bosch en Keuning. Baarn. Aardige boekjes zijn het, welke in deze libellen» serie verschijnen en dikwijls is de inhoud ook zeer interessant. Van de drie waarvan de titels hierboven staan lijkt, dat met de Flakkeesche verhalen ons 't minst. De schrijver heeft zich veel moeite gegeven om het dialect van Flakkee precies weer te geven, maar het ware gevoel, de echte gewaarwording van land en volk krijgt men toch niet onder 't lezen. Interessant daarentegen is het boekje over de stratosfeertochten. Naast de ondernemingen ven Piccard en Cosijn worden hier ook de Amerikaansche en Russische ballontochten min of meer gedetailleerd behandeld. Zoo lezen wij bv, dat de Russen ook een kanon aan boord hadden voor artilleristische oefeningen in de hooge luchtlagen. De brochure bevat een aantal foto's, waaronder verscheiden, die nog niet algemeen bekend zijn. Uitstekend is het boekje van den folklorist D.J. van der Ven over de luilakken. Een schat van bijzonderheden over het eeuwenoude luliakgebruik is hier verzameld en overtuigend wordt aangetoond hoezeer van Lennep zich vergiste toen hij, meer dan een halve eeuw geleden, reeds schreef dat het luliakgebruik heelemaal uitgestorven was. Niet het minst belangwekkende in deze brochure vormt de zeer rijke serie fraaie foto's van luilakgebrulken, hoofdzakelijk in Zaandam en omstreken.Het Vaderland, 19-12-1934

Open link naar krant op Delpher

Sluit venster